What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Adjectives & Adverbs
Adjectives & Adverbs
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Adjectives & Adverbs
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Bijwoorden op -ly
Een bijwoord (adverb) geef meer informatie over het hoe: hoe iets gebeurt of bijvoorbeeld hoe oud iets is.
She
sings
beautiful
ly
.
This castle is
incredib
ly
old
.
De vorm van het bijwoord is vaak
bijvoeglijk naamwoord
+ -
ly
Er zijn ook onregelmatige bijwoorden.
Slide 3 - Slide
Regelmatig
bad
slow
usual
real
week
Regelmatig
bad
ly
slow
ly
usual
ly
real
ly
week
ly
Slide 4 - Slide
Onregelmatig
good
fast
hard
daily
friendly
Onregelmatig
well
fast
hard (=hard)
hardly (=nauwelijks)
daily
in a friendly manner/way
Slide 5 - Slide
Spelling
medeklinker + y = ily
le = ly
ic = ically
ue = uly
ll = lly
funny = funnily
gentle = gently
automatic = automatically
true = truly
full = fully
Slide 6 - Slide
Bijwoorden
Staan in het algemeen
voor het woord waarover het iets zegt
.
Voor
een
bijvoeglijk naamwoord
of een ander
bijwoord
.
You're going to become
extreme
ly
popular
.
She works
real
ly
serious
ly
on the journal.
Slide 7 - Slide
Bijwoorden
Voor
het
hoofdwerkwoord.
She
regular
ly
asks
me to write for her website.
He
quick
ly
grabbed
the snake.
Slide 8 - Slide
Bijwoorden
Aan het einde van de zin voor meer nadruk.
He grabbed the snake
quick
ly
.
She takes everything so
serious
ly
.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Bijvoegelijk naamwoord
Zegt iets over een
zelfstandig naamwoord
. Je geeft aan
wat
dat zelfstandig naamwoord is, bijvoorbeeld snel of mooi.
Slide 11 - Slide
Voorbeeld
She is wearing a
beautiful
dress
.
Let op!
Bij deze werkwoorden moet je een bijvoeglijk naamwoord gebruiken:
be, taste, smell, look, sound en feel
I feel good -
I feel goodly.
Slide 12 - Slide
Bijwoord
Vorm:
bijvoeglijk naamwoord
+ -
ly
Geeft meer informatie over het
hoe
: hoe iets gebeurt of hoe oud iets is.
voor een
bijvoeglijk naamwoord
of ander
bijwoord
voor het
hoofdwerkwoord
aan het einde van de zin voor nadruk.
Bijvoeglijk naamwoord
Vorm:
bijvoeglijk naamwoord
Zegt
wat
over een
zelfstandig naamwoord
. Geeft aan: snel, mooi
Slide 13 - Slide
Adjectives and adverbs
She skates ....
A
fastly
B
fast
Slide 14 - Quiz
Adjectives and adverbs
The garden is .....
A
beautifully
B
beautiful
Slide 15 - Quiz
Adjectives and adverbs
It tastes ....
A
good
B
well
Slide 16 - Quiz
Adjectives and adverbs
She dances ......
A
wonderful
B
wonderfully
Slide 17 - Quiz
Adjective or adverb?
Thanks, dinner tasted ____(wonderful).
Slide 18 - Open question
Adjective or adverb?
My mom is a__________ driver. (careful)
Slide 19 - Open question
Adjective or adverb?
You can__________ open this tin. (easy)
Slide 20 - Open question
Adjective or adverb?
My mom drives__________ . (careful)
Slide 21 - Open question
Adjective or Adverb?
"He ... accepted the offer." (happy)
Slide 22 - Open question
More lessons like this
2VE Adjectives + Adverbs
June 2022
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
Adjectives + Adverbs
March 2023
- Lesson with
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
Adverbs & Adjectives
January 2022
- Lesson with
22 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 2
Lesmoment 38 Havo 2 Leree Ahmed
March 2024
- Lesson with
23 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Adjectives & Adverbs
January 2024
- Lesson with
45 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2HVE - Adjectives & Adverbs (2)
January 2023
- Lesson with
46 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Herhaling Adjectives and Adverbs
March 2024
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Adjectives & Adverbs 2HV
March 2023
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2