Les 16-M3- wk 46

Hallo ihr Lieben!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Hallo ihr Lieben!

Slide 1 - Slide



  • Wiederholung (FE)-E-ST-T-EN-T-EN
  • Woordenlijst SO 4
  • Grammatik verleden tijd
  • Schreibübung


  • Reflektieren  [5 min]




Slide 2 - Slide

Hoe maak je de juiste werkwoordsvorm?
Zet de stappen in de juiste volgorde:
1.
2.
3.
ich, du, er, sie, es, wir, ihr, sie, Sie ?
Maak de stam
van het
werkwoord
uitgang toe-voegen aan stam met (fe)esttenten-regel

Slide 3 - Drag question

timer
1:00
(F)esttenten
+e
+st
+ t
+ t
+ en
+ en
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie

Slide 4 - Drag question

Jullie kennen de esttenten regel natuurlijk (herhaling)
wohne
wohnst
wohnt
wohnen
ich
du
Frank
Lisa
es
Sie
ihr
wir
Lisa und Frank

Slide 5 - Drag question



Samenvattend voor schrijfvaardigheden:
 
- persoonlijke voornaamwoord "idewis"
- uitgangen werkwoord              "esttenten"
- voltooid deelwoord                    ge + stam + t


Slide 6 - Slide

voltooide tijd 
Let op!
ook hier een extra -e bij werkwoorden met stam op d of t.

Slide 7 - Slide

Voltooid deelwoord
Zwakke werkwoorden:
basisregel:
- ge + stam + t  (machen - gemacht)

behalve als het eindigt op of begint met, dan stam + t:
- ieren (fotografieren - fotografiert)
be- (besuchen - besucht)
ver- (versorgen - versorgt)

Slide 8 - Slide

Instructie: Uitlegfilmpje
haben en sein
Wiederholen: t.t. (tegenwoordige tijd)
Neu: v.t. (verleden tijd)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

v.v.t. = voltooid verleden tijd
Ik heb gehad: Ich habe gehabt
Ik ben geweest: Ich bin gewesen

Slide 11 - Slide

Heute bin ich in der Schule
Gestern ....... ich in der Schule
??

Slide 12 - Slide

Morgen habe ich Zeit
Gestern ...... ich keine Zeit.

??

Slide 13 - Slide

Wat is het voltooid van antworten
A
geantwortet
B
antwortete
C
geantwortetet
D
geantwort

Slide 14 - Quiz

Het voltooid deelwoord van machen
A
gemacht
B
gemacht
C
macht
D
gemachen

Slide 15 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:
schwimmen?
A
geschwimmt
B
geschwommt
C
geschwommen
D
geschwimmen

Slide 16 - Quiz

Voltooid deelwoord:
reden
A
redten
B
geredet
C
gerediert
D
geredt

Slide 17 - Quiz

voltooid deelwoord: landen
A
geland
B
gelandet
C
D
landen

Slide 18 - Quiz

Wat zijn de voltooide deelwoorden?

A
Freiheit
B
gebadet
C
geschrieben
D
heiß

Slide 19 - Quiz

Het voltooid deelwoord van wohnen is...
A
gewohnd
B
gewohnt
C
gewohnent
D
gewohntd

Slide 20 - Quiz

Voltooid deelwoord van: arbeiten
A
arbeitet
B
gearbeited
C
arbeited
D
gearbeitet

Slide 21 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van 'kaufen'?
A
gekaufen
B
gekauft
C
gekauftet
D
gekaufd

Slide 22 - Quiz

Woordenlijst SO 4
toets in wk 48 - maandag 28 Nov

Slide 23 - Slide

Vertalingen werkwoorden
können = kunnen
dürfen = mogen, toestemming hebben
wissen = weten
sollen = moeten (wil van een ander)
wollen = willen (heel sterk)
mögen = leuk vinden/lusten/aardig vinden
möchten = willen (wens)/zou graag willen
müssen = moeten (het kan niet anders)

Slide 24 - Slide

en in de verleden tijd

Slide 25 - Slide

Schreibübung / Schrijfoefening
Die Übung

- Wat: Informele brief/bericht

- Doel: Verbeteren schrijven.

- Hoe:  padlet -voor de link,
kijk naar magister huiswerk voor 21 november

Slide 26 - Slide

ABSCHLUSS
WAS HABEN WIR GELERNT?
GIBT ES NOCH FRAGEN?

Bis nächste Woche!!



Slide 27 - Slide