Start leesvaardigheid 4h

Start leesvaardigheid 4h
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Start leesvaardigheid 4h

Slide 1 - Slide

Leerdoelen deze les
  • Je weet weer welke begrippen leesvaardigheid je hebt geleerd in de onderbouw
  • Je oefent met het lezen van een tekst en het toepassen van deze begrippen
  • Je weet wat je moet kunnen voor de repetitie lezen in de laatste toetsweek 

Slide 2 - Slide

Opdracht
In de envelop vind je een tekst die in stukken is geknipt.
Leg de alinea's uit deze tekst op de juiste volgorde, zodat een logische tekst ontstaat.

Wat leer je hiervan? Zorgvuldig lezen!

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog over leesvaardigheid?

Slide 4 - Mind map

Basisbegrippen uit hoofdstuk 1
Onderwerp - hoofdgedachte - tekstdoel (1.1)
Inleiding en slot (1.2)
Middenstuk en tekststructuren (1.3)
Alinea's en kernzinnen (1.4)
Signaalwoorden en functiewoorden (1.5)
Publiek (1.6)

Slide 5 - Slide

Welke begrippen ken je nog niet?

Slide 6 - Open question

Begrippen toepassen 
In de volgende dia's gaan we de begrippen uit de theorie toepassen op de tekst die je net hebt gelezen. 

Je mag hoofdstuk 1 uit NN erbij houden, zodat je dingen kunt opzoeken. 

Slide 7 - Slide

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
Leerlingen moeten verplicht naar het Rijksmuseum
B
Verplicht naar het Rijksmuseum

Slide 8 - Quiz

Waar in de tekst vind je meestal de hoofdgedachte?
A
In de inleiding
B
In het middendeel
C
In het slot

Slide 9 - Quiz

Uit welke alinea's bestaat het slot in de tekst over het Rijksmuseum?
A
De laatste alinea
B
De laatste 2 alinea's
C
De laatste 3 alinea's
D
De laatste 4 alinea's

Slide 10 - Quiz

Welke tekststructuur is gebruikt voor het middenstuk van deze tekst?

Slide 11 - Open question

Waar in de alinea staat vaak de kernzin?
A
Eerste zin
B
Tweede zin
C
Laatste zin
D
Eerste, tweede of laatste zin

Slide 12 - Quiz

Citeer de kernzin van de eerste alinea. Je mag de eerste en laatste twee woorden citeren.

Slide 13 - Open question

Verbanden en signaalwoorden
Signaalwoorden geven de relatie tussen verschillende zinnen aan. Deze relatie heet ook wel tekstverband. 

Een voorbeeld:
Ik ga graag een rondje fietsen, omdat ik er van houd om buiten te zijn. 
Omdat geeft hier een redengevend verband aan. 

Slide 14 - Slide

Eerst ging ik altijd op de fiets naar school, maar later ging ik liever lopen.
A
Redengevend verband
B
Chronologisch verband
C
Opsommend verband
D
Tegenstellend verband

Slide 15 - Quiz

Ik ga alleen op de fiets als de zon schijnt.
A
Redengevend verband
B
Vergelijkend verband
C
Concluderend verband
D
Voorwaardelijk verband

Slide 16 - Quiz

Lees de alinea 'Anderen wezen op praktische problemen [...]'. Welk verband zie je?

Slide 17 - Open question

Functiewoorden
Functiewoorden kun je gebruiken om te benoemen wat de functie is van een zin of alinea in een tekst. Een functiewoord staat meestal niet letterlijk in de tekst.

Voorbeelden van functiewoorden: inleiding, slot, conclusie, argument, reden, middenstuk, weerlegging etc. 

Slide 18 - Slide

Wat is de functie van de laatste alinea van de tekst?

Slide 19 - Open question

Voorbereiding toetsweek 
De repetitie in de toetsweek gaat over lezen en argumenteren. 

De stof:
Hoofdstuk 1 (basis)
Hoofdstuk 2 (lezen)
Hoofdstuk 6 (argumenteren)

Slide 20 - Slide

Wat moet je kunnen?
Een langere tekst aandachtig lezen en goed begrijpen
Vragen over de inhoud van de tekst goed beantwoorden
De begrippen over leesvaardigheid en argumenteren (h 1, 2 en 6) kunnen uitleggen en toepassen op de tekst

Slide 21 - Slide

Leerdoelen deze les
  • Je weet weer welke begrippen leesvaardigheid je hebt geleerd in de onderbouw
  • Je oefent met het lezen van een tekst en het toepassen van deze begrippen
  • Je weet wat je moet kunnen voor de repetitie lezen in de laatste toetsweek 

Slide 22 - Slide

Heb je de leerdoelen voor vandaag gehaald?
Ja
Nee

Slide 23 - Poll

Waarmee wil je in de lessen leesvaardigheid zelf oefenen?

Slide 24 - Open question

Huiswerk voor morgen
Herhaal voor jezelf de theorie van hoofdstuk 1 (basis)
Lees je boek uit, zodat je in boek 5 kunt beginnen

Neem mee: Nieuw Nederlands, schrift en leesboek.
Let op: neem je papieren boek mee, want we gaan een opdracht uit het boek maken en die werkt niet goed op je chromebook. 

Slide 25 - Slide

Hoeveel heb je vandaag geleerd?
Weinig
Gemiddeld
Veel

Slide 26 - Poll