m4 planten

Fotosynthese
fotosynthese
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Fotosynthese
fotosynthese

Slide 1 - Slide

De vorming van organische stoffen door omzetting van glucose in de plant = assimilatie

De nieuw gevormde stoffen het assimilatieproducten

Slide 2 - Slide

De vaten
  1. Bastvaten: water en suiker van bladeren naar andere delen
  2. Houtvaten: water en mineralen van wortels naar andere delen

  • Ezelsbruggetje: houtvaten gaan omhoog, bastvaten gaan naar beneden

Slide 3 - Slide

Bestuiving

Slide 4 - Slide

Insectenbloemen
Bestuiving door insecten

Maken nectar, hier komen insecten op af

Weinig stuifmeel
Grote, opvallend gekleurde bloemen
Meeldraden in de bloem
Plakkerige stuifmeelkorrels

Slide 5 - Slide

Windbloemen
Bestuiving door wind -> windbloemen

Veel stuifmeel
Kleine onopvallende bloemen
Meeldraden buiten de bloem
Stuifmeelkorrels klein en licht

Slide 6 - Slide

Insectenbloemen en windbloemen

Slide 7 - Slide

Deze plant heeft 6
 zaadbeginsels dus 6 keer bevruchting


Slide 8 - Slide

Zaadje en ontkieming

Slide 9 - Slide

Ontkieming

Slide 10 - Slide

Geslachtelijke/ongeslachtelijke voortplanting bij planten
Ongeslachtelijke voortplanting (nieuwe plant ontstaat uit huidige plant)

Als je iets leest als:
bollen
knollen
uitloper
wortelstok   
 ..... dan is het ongeslachtelijke voortplanting

Slide 11 - Slide

Wat vervoeren de bastvaten?
A
water en mineralen
B
water en glucose
C
water en zuurstof
D
water

Slide 12 - Quiz

Bastvaten
In welke richting verloopt het transport in bastvaten?

A
Van de bladeren naar de wortels.
B
Van de bladeren naar alle delen van de plant.
C
Van de wortels naar de bladeren
D
Van de wortels naar alle delen van de plant.

Slide 13 - Quiz

HOUTvaten en BASTvaten vervoeren?
A
HOUT > opgeloste stoffen naar beneden BAST> opgeloste stoffen naar boven
B
HOUT > water en mineralen naar beneden BAST > water en mineralen naar boven
C
HOUT > water en mineralen naar boven BAST > opgeloste stoffen naar beneden
D
HOUT > opgeloste stoffen naar beneden BAST> water en mineralen naar boven

Slide 14 - Quiz

Het omzetten van glucose in andere stoffen is een voorbeeld van?
A
fotosynthese
B
Assimilatie

Slide 15 - Quiz

+
---->
+
en
brandstof
verbrandingsproducten
Verbranding bij de mens
glucose
zuurstof
energie
koolstofdioxide
water

Slide 16 - Drag question

Kunnen 35: Je moet in een afbeelding van de bloem van de plant de juiste 
namen bij de onderdelen kunnen zetten.

Zet de namen op de juiste plek in de afbeelding.
stempel
stijl
stamper
vruchtbeginsel
stengel
helmdraad
helmknop
kelkblad
kroonblad
meeldraad

Slide 17 - Drag question

Bastvaten bevinden zich aan de .......... van een blad.
A
onderkant
B
bovenkant

Slide 18 - Quiz

Deze liggen in een stengel aan de buitenkant
A
bastvaten
B
houtvaten

Slide 19 - Quiz


A
bastvaten
B
houtvaten

Slide 20 - Quiz

Ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting
Klonen
Stekken
Meiose
Weinig genetische variatie
Bevruchting

Slide 21 - Drag question

Een plant maakt via assimilatie zetmeel en vetten van glucose. Welke stof maakt hij nog meer van glucose?
A
Water
B
Zuurstof
C
Eiwitten
D
Mineralen

Slide 22 - Quiz

Waar haalt een kiem zijn voedingsstoffen?
A
uit de grond
B
die maakt hij door fotosynthese
C
uit de zaadlobben
D
uit de bladeren

Slide 23 - Quiz

Geen bestuiving
Zelfbestuiving
Zelfbestuiving
Kruisbestuiving

Slide 24 - Drag question

Nodig voor fotosynthese
Ontstaat bij fotosynthese
Reactie van fotosynthese

Zuurstof

Koolstofdioxide

Water

Licht

Glucose

Slide 25 - Drag question

Zet de stappen van de levensloop van een plant in de juiste volgorde
Zaad
Volwassenplant
Ontkieming
Bloei
Kiemplant
Levenscyclus

Slide 26 - Drag question

Geslachtelijke voortplanting
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 27 - Drag question


Heeft hier bestuiving plaatsgevonden?
En bevruchting?
A
wel bestuiving, geen bevruchting
B
zowel bestuiving als bevruchting
C
wel bevruchting, geen bestuiving
D
geen bestuiving, geen bevruchting

Slide 28 - Quiz

Wat is bestuiving?
A
Als stuifmeelkorrels op de stempel komen van dezelfde soort
B
als eicellen op de stempel terecht komen

Slide 29 - Quiz

grote
kroonbladeren
plakkerig 
stuifmeel
nectar
kleurige 
kroonbladeren
meeldraden buiten de bloem
geur
licht stuifmeel
onopvallende kroonbladeren
wind 
bestuiving
insecten 
bestuiving

Slide 30 - Drag question

Zet de onderdelen in de juiste volgorde
Stuifmeel land op de stempel
14
Eicel van de boem wordt bevrucht 
Stuifmeel beweegt door de buis naar de eicel 
Bloem is omgezet naar vrucht en de plant is rijp voor voortplanting
Vrucht begint te ontwikkelen in de bloem 

Slide 31 - Drag question