Vervolg 1.2

1 / 25
next
Slide 1: Slide
WFT BasisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hans woont in Nederland. Hij wil geld overboeken naar een bedrijf in Spanje.

Kan hij deze overschrijving net zo gemakkelijk doen als een overschrijving in Nederland?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Funding
Is de grondstof van de bank
Geld inkopen (voor weinig geld) 
Geld verkopen (voor veel geld)
Verschil = rentemarge

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Risico's die banken lopen
Kredietrisico : de lener betaalt het geld niet terug
Renterisico: te duur ingekocht en niet met winst te verkopen
Valutarisico: de koers van de munt daalt
Liquiditeitsrisico : bankrun
Marktrisico :(effecten/investeringen onverkoopbaar)
Twee filmpjes:
Kort: wat een bankrun inhoudt (wie het eerst komt, krijgt het geld nog, te laat: geld is op
Langer: de oproep om alle geld bij DSB weg te halen en bank failliet te laten gaan

Slide 6 - Slide

Twee filmpjes:
Kort: wat een bankrun inhoudt (wie het eerst komt, krijgt het geld nog, te laat: geld is op
Langer: de oproep om alle geld bij DSB weg te halen en bank failliet te laten gaan

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Hoe heet de functie van de bank waarbij de bank de spaarders en de leners bij elkaar brengt?

Slide 8 - Open question

Transformatiefunctie

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoe heet geld in deze vorm?
(contant)
A
Chartaal
B
Giraal
C
Electronisch

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Vrij opneembare spaarvormen: altijd direct beschikking over spaargeld (kan ook je betaalrekening zijn)
Niet-vrij opneembare spaarvormen:
  • Deposito: voor een bepaalde periode, tegen een bepaalde rente zet je je spaargeld vast. Je ontvangt dan meer rente dan op een 'vrije' spaarrekening
  • Klimrente => Zoek maar eens op
    wordt deze nog wel aangeboden? 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting banksparen: 
Banksparen: speciale geblokkeerde spaarrekening. Doel is aanvulling op het pensioen. Storting fiscaal aftrekbaar, tot bepaald maximum. Uitkeringen over minimaal 5 jaar en zijn wél belast.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een spaarrekening en een deposito?
A
Weinig rente op een deposito en veel op spaarrekening
B
Geld staat vast bij deposito en niet op een spaarrekening
C
Een vaste looptijd op een spaarrekening
D
Variabele rente op het saldo van een deposito

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Sparen voor je pensioen kan je doen via:
A
Banksparen
B
Lijfrente
C
Je werkgever
D
Zowel A, B en C zijn goed.

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Als de spaartermijn langer is, is de rente over het algemeen
A
lager
B
hoger

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Depositogarantiestelsel
Sparen op een bankrekening: geen (of weinig?) risico. 

Depositogarantiestelsel: "Uw geld op rekeningen bij Nederlandse banken wordt wettelijk beschermd door de Nederlandse Depositogarantie. Mocht een bank failliet gaan, dan zorgt De Nederlandsche Bank (DNB) dat u uw geld terugkrijgt. Van 1 cent tot maximaal € 100.000 per persoon, per bank. Gegarandeerd."(bron: DNB)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Zoek op: wie kunnen gebruik maken van de garantieregeling!

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Vallen overheden onder de reikwijdte van het Depositogarantiestelsel?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions