H4.7 bijwoordelijke bepaling ( les 1)

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui
  • je leerwerkboek
  • je iPad (dicht)


1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui
  • je leerwerkboek
  • je iPad (dicht)


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning
  • huiswerkcontrole
  • vragenlijst invullen Nigeria: rijk en arm
  • uitleg 4.7 grammatica zinsdelen
  • werkmoment
  • afsluiten van de les

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk

Maak digitaal van 4.5 woorden opdracht 13 
en Test Jezelf.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vragenlijst invullen
Link in Magister
Meerkeuzevragen


Klaar? Lees leerwerktekst op pagina 51 en 52.

timer
5:00

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat kun je na 4.7?
  • Je weet hoe je een zin moet ontleden.
  • Je kunt wg/ng, o, lv, mv en bwb benoemen.
  • Je weet welke soorten bwb er zijn. 

Op de toets bwb aanwijzen/herkennen. Soort hoef je niet te benoemen. Helpt wel om ze te herkennen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wanneer is een gezegde een wg?
A
als het onderwerp iets doet
B
als het onderwerp iets is

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Uit welke delen bestaat een ng?
A
zelfstandig werkwoord
B
koppelwerkwoord
C
koppelwerkwoord met naamwoordelijk deel
D
zelfstandig werkw. met naamwoordelijk deel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welke zinsdelen beginnen nooit
met een voorzetsel?
A
onderwerp en lijdend voorwerp
B
meewerkend voorwerp en lijdend voorwerp
C
lijdend voorwerp en bijwoordelijke bep.
D
meewerkend voorwerp en onderwerp

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Bijwoordelijke bepaling (bwb) p. 51
Heb je wg of ng, o, lv, mv gevonden? 
De zinsdelen die overblijven en extra informatie geven zijn bijwoordelijke bepalingen. 

De bwb geeft antwoord op: 
Wanneer, waar, waarmee, waardoor/waarom, hoeveel (keer) waarheen, hoe + wg + o (+ lv + mv)?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Even proberen
Om tien uur hadden we afgesproken.
  • wg of ng?
  • wg: hadden afgesproken
  • o?
  • o: we
  • Wanneer hadden we afgesproken?
  • Om tien uur => bijwoordelijke bepaling van tijd

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Welke soorten zijn er nog meer?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

7 Bijwoordelijke bepalingen

Slide 12 - Slide

VWO moet de verschillende soorten bwb's kunnen herkennen. 
Voorbeeld zin 1 (pagina 50)
Ben je bang dat jouw favoriete mode-item straks ouderwets is?

pv => wg / ng
o
lv
mv
bwb

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld zin 1 (pagina 50)
Ben | je | bang //
dat | jouw favoriete mode-item | straks | ouderwets | is?
pv =>  ng: ben bang                     //                   is ouderwets
o           je                                             //             jouw favoriete mode-item
lv            niet bij ng
mv          zit er niet in
bwb                                                      //          straks => tijd

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Werkmoment
  • Maak in je leerwerkboek van 4.7: opdracht 1.
  • Je mag overleggen, maar bedenk dat je het ook zelf moet kunnen.
  • Je mag muziek luisteren.
  • Ik loop rond voor vragen.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
  • Voor de volgende les is af 4.7: opdracht 1.
  • Leer de leerwerktekst over bijwoordelijke bepaling p. 51.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions