RS HV2 Leesvaardigheid Talent H1 en H2 (9)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

welkom 8J

Ga zitten, pak je leesboek en duik in jouw verhaal.

Leg je schrift met gemaakte opdrachten geopend op tafel.

 

In de krant vertelt iemand over een kinderboerderij...

"De dieren die we hebben, zijn gewend om met mensen om te gaan. Maar ze krijgen als ze dat willen ook een stukje grond, waarin zij kunnen zaaien of plantjes poten."

(De zakengids Buren)

Wie krijgt er nou precies een stukje grond?

programma

• zelfstandig lezen (10 min)
• raadsel
• aan de slag; nakijken opdrachten (10 min)
• het woord is aan de expert (10 min)
• aan de slag (10 min)

lesdoel

• je hebt kennisgemaakt met verschillende aspecten van tekstopbouw 
• je weet meer van een tekstopbouw

klassencode Lesson up: lgmmd

het woord is aan..

vertel ons welk leesboek je hebt gekozen en waarom.

Toon en Minne

in inleiding ook uitleg reden van interview.

tekstopbouw

Inleiding

(kern)

slot

functie

• aandacht trekken (titel)
• onderwerp noemen
• aanleiding noemen
• vraag stellen
• mening geven
• samenvatting geven

(    )

• conclusie
• samenvatting
• advies

signaalwoorden conclusie: dus, daarom, dan ook, concluderend

signaalwoorden samenvatting\; kortom, samenvattend

advies te herkennen aan bijv zinnetjes als: het is raadzaam, het is beter, altijd goed om...

tekstopbouw 

Je hebt jouw krant doorgenomen. Welke tekstsoorten ben je tegengekomen?

Welke opbouw heb je herkend?

Laat jouw bevindingen zien aan je buurman/vrouw.

vraag en antwoord

Je hebt de opdrachten 8, 10 en 12 gemaakt van H2.2.

Vergelijk jouw antwoorden met die van je buur. Hebben jullie veel verschillen?

samen opdracht 10

antwoord opdracht 10

b Onderwerp: De vraag of gamen goed is voor kinderen/

jongeren

Tekstdoel: informeren

Tekstsoort/tekstvorm: informatieve tekst, interviewverslag

Tekstopbouw: driedeling: inleiding (alinea 1) – kern

(alinea 2-6) – slot (alinea 7)

Bron/schrijver: de Gelderlander, Arjen Kleiwegt

c Een letterlijk interviewverslag. De vragen en de

antwoorden zijn letterlijk weergegeven.

d In de inleiding wordt het onderwerp genoemd, de

centrale vraag gefomuleerd en de geïnterviewde persoon

geïntroduceerd.

antwoord opdracht 8

a een informatieve tekst

b een conclusie

c Bijvoorbeeld: Een vakantie die je goed of slecht is

bevallen. Of: een leuke film die je hebt gezien.

antwoord opdracht 11

a 1 Goede invloed op je vermogen om te leren

2 Goed voor je reactiesnelheid, denksnelheid en

motoriek

3 Goed voor je concentratievermogen

4 Goed voor je vingervlugheid

5 Goed voor je oog-handcoördinatie

b 1 Risico op verslaving. Toelichting: in bijna alle games

wordt veel beloond, daardoor weten sommige

kinderen niet van ophouden.

2 Veel gamen is eenzijdig: er blijft geen tijd over voor

andere dingen die je aandacht verdienen.

antwoord opdracht 11

5 C

Signaalwoord: daardoor. Oorzaak: in games word je

helemaal opgeslokt door het verhaal. Gevolg: nuttige

informatie wordt beter opgenomen.

d De aantrekkelijkheid van gamen

e Opsommend tekstverband, zie de signaalwoorden

Allereerst en daarnaast.

f Games zijn aantrekkelijk, omdat ze zich aanpassen aan

het niveau van de speler en omdat ze hem/haar belonen

en belonen stimuleert.

antwoord opdracht 11

5 G

Ze moeten oppassen als hun kind niet van ophouden

weet en een grens stellen: zo lang en niet langer.

h Tegenstelling: gamen heeft absoluut positieve effecten

tegenover overdrijving schaadt wel degelijk.

i In de kern van de tekst worden eerst de voordelen

genoemd en dan (vanaf alinea 5) de nadelen.

j Eigen antwoord.

Aan de slag, nu en thuis

Werk in groepjes, jullie zijn allemaal experts en samen weet je meer!

maken opdracht 14, 15, 18 en 19.

lesdoel

Wat neem jij mee van deze les?  

(figuurlijk taalgebruik)

Bedankt en tot de volgende les

filmpjes met uitleg

leesstrategieën
tekstsoort/tekstdoel/tekstvorm

tekstverband

onderwerp/hoofdgedachte

tekstopbouw

functies inleiding en slot

heb je aanvulling gehoord in het filmpje?

inleiding van interviewverslag niet alleen info over de persoon die is geinterviewd, ook reden van interview.