Van Boer tot Fabrieksarbeider
Met behulp van de nieuwe stoommachines konden in korte tijd veel producten worden gemaakt. Deze producten werden goedkoper verkocht dan producten die thuis werkden gemaakt. Mensen die aan thuisnijverheid deden, konden niet concurreren met de fabriek. Om toch voldoende inkomen te hebben, moesten ze in de fabriek gaan werken. Omdat arbeiders lopend naar het werk gingen, verhuisden ze naar de buurt waar de fabriek stond. Zo ontstonden er in korte tijd steden. Ook werden er wegen, kanalen en spoorwegen aangelegd. Die waren nodig voor de aan- en afvoer van grondstoffen en producten.