3V-1.1 Fictie

Welkom!
Leg klaar: Talent A - blz 10.

Noteer in je schrift: 1.1 Fictie - les 1


1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg klaar: Talent A - blz 10.

Noteer in je schrift: 1.1 Fictie - les 1


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

1.1 Fictie #Wat ga je leren / doen?
  • begrippen uit jaar 1 en 2 opfrissen
  • fragmenten uit "Oliver" Van den Vendel lezen en bespreken 
  • een recensie lezen en gebruiken
  • wat maakt dat we verhalen goed zijn? 
  • je doet een opdracht over "literatuur lezen" 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Noem een leesboek dat je deze zomer hebt gelezen. Heb je geen boek gelezen, noteer dan een film of een serie die je hebt gezien.

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Een verhaal wordt van het begin tot het eind verteld, zonder sprongen terug in de tijd.
A
chronologisch
B
niet-chronologisch

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

vertelvolgorde
1. van het begin tot het eind - bijv. een reisverhaal
2. middenin de gebeurtenissen - bijv. er wordt een lijk gevonden, wie is het en wat is er gebeurd?
3. achteraf - na de gebeurtenissen, bijv het levensverhaal van een sportheld.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

onderwerp :
 waar het boek over gaat in één of een paar woorden

thema:
heel korte samenvatting van het verhaal, in één korte zin of vraag waarin je ook het onderwerp noemt.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Als aan het eind van het verhaal alle belangrijke vragen zijn beantwoord, dan heeft het verhaal een ........ einde.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Samen lezen - tekst 1 
fragment uit De dag die nooit komt 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Zou Elias een vriend van je kunnen zijn? Waarom wel of waarom niet?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Met je buur:  opdracht 4 - 5
Elias is in rouw, probeert zijn zus Evi te steunen en kan goed observeren. Toon dit aan met drie citaten uit tekst 1. 

Markeer deze citaten in je boek.

Bespreek met elkaar opdr.  4 C-D-E
Beantwoord samen opdr. 5

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 6 Omgaan met verlies
Is de schrijver er volgens jou in geslaagd om het verdriet om het verlies van een dierbare invoelbaar te maken? 

Mensen tonen en verwerken verdriet op verschillende manieren. Is de schrijver er wat jou betreft in geslaagd dat te laten zien

Stel, jij bent Elias. Wat zou jij doen, als jou zoiets was overkomen?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Auterusdossier - opdracht 7
Ben je het eens met de uitspraak dat jongeren behoefte hebben aan boeken met heftige thema’s?

Volgens Oliver Reps is succesvol zijn een kwestie van meer geluk hebben dan anderen. Deel jij die mening? 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

AAN HET WERK - volgende les klaar
Maak opdracht 7 A en D in je schrift.
Lees leertekst Literatuur en lectuur goed door.
Maak daarna opdracht 9 in je schrift.

Is het boek waar het eerste fragment uit komt volgens jou literatuur?
Schrijf op waarom wel / niet!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

1.1 Fictie - de vorige les 
Maak opdracht 7 A en D in je schrift.
Lees leertekst Literatuur en lectuur goed door.
Maak daarna opdracht 9 in je schrift.

Lees tekst 2 - recensie over Oliver van Edward van den Vendel

Zijn de boeken in deze paragraaf  literatuur of lectuur?
Zou je de boeken willen lezen - waarom wel, waarom niet? 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Les 2 - 1.1 Fictie
Je hebt thuis twee kolommen in je schrift gemaakt.
Je gaat deze vullen samen met je buur.

Neem de volgende dia over.

Jullie hebben vier minuten.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

1. voorspelbaar verloop
2.

3.




4.

5.

1. .......
2. origineel onderwerp -  bijzondere kijk op het onderwerp
3. opbouw van het werk is verrassend en doordacht bijv.
- perspectief
- tijdsvolgorde
- karakterbeschrijving van personages
4. goede stijl - taalvondsten en neologismen
5. vergt actief lezen (verrassend - complex) 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Noem een boek waarvan jij denkt dat het (jeugd)literatuur is.

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Lectuur is minder de moeite waard dan literatuur. Ja want / Nee want

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Scheidslijn literatuur - lectuur is niet zo scherp
# kwaliteit betere lectuur en matige literatuur. 
# wat zeggen deskundigen -
recensenten  het boek in een landelijk dagblad of op tv? Dan wordt sneller gedacht dat het wel een goed boek zal zijn.
• eerder werk 
• de uitgever 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Wat voor  lezer ben jij?
Onderzoek je smaak en je leesniveau - 
Formuleer je leesuitdaging.
In Learnbeat >> maak deze les en thuis, maandag 20-9 af.  

Lees de leerdoelen en de leerstof van 1.3 Lezen door.
Zet een uitroepteken voor wat NIEUW voor je is.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat verwacht je?

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

KLassikaal lezen #fragment blz 10

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Zou Oliver een vriend van je kunnen zijn? Waarom wel/niet?

Slide 24 - Mind map

Doorvragen: EN vind je Bendik ook een goede vriend voor Oliver?
Bendik lijkt op het feest meer in Wenche geïnteresseerd dan in Oliver. Hij vertelt Oliver niet dat hij met Wenche weggaat.
Wat voor beeld heb je van Oliver? Noteer drie belangrijke kenmerken!

Slide 25 - Open question

- Oliver sport: Het was beter geweest als hij far over de wedstrijd had kunnen vertellen; Iemand vraagt naar zijn wedstrijd tegen Stange. 'Ja,' zegt Unni, 'Vertel. Heb je gespeeld?' 
- Oliver is populair: Iemand roept zijn naam. Het is Unni. Ze kwam dit jaar op school wel eens naast hem zitten. Het meisje kijkt hem nog één remix lang aan met een blik waarmee ze duidelijk maakt dat alles mogelijk is, maar Oliver wringt zich dichter naar Unni toe. 
- Oliver is bezorgd: Het was beter geweest als hij far over de wedstrijd had kunnen vertellen, en dat dit feest, als heel nieuw gedeelte van een toch al sterke dag, daarna pas was begonnen. 'Mor?' zegt Oliver. 'Ik heb mijn mobiel hier niet. Jullie waren allebei weg.' Ze klinkt gek. Waarom? Wat is er gebeurd? Er is iets gebeurd. 'Mor - waar was je? Waar is far?'
Vind je Oliver een goede vriend voor Bendik? Waarom wel / niet?

Slide 26 - Open question

Ja. Ze gaan samen naar hetzelfde feest. Oliver vraagt zich af waar Bendik is. Hij gaat naar hem op zoek. Hij gebruikt Bendiks telefoon.
Vind je Bendik ook goede vriend voor Oliver?
Mwah, meer  geïnteresseerd in Wenche, vertelt niet dat hij weggaat.
Hebben ze dezelfde interesses? Oliver sport, Bendik meisjes.

Heeft Oliver een goede relatie met zijn ouders?

Slide 27 - Open question

Hij lijkt een goede relatie te hebben met zijn ouders: Het was beter geweest als hij far over de wedstrijd had kunnen vertellen, en dat dit feest, als heel nieuw gedeelte van een toch al sterke dag, daarna pas was begonnen.

DOORVRAGEN: wat is er met de ouders aan de hand denk je?
Begrijp je de reactie van de moeder?
Wat zou jij hebben gedaan als je Oliver was?

 #Tekst 2 #blz. 12
Klassikaal lezen
In duo's opdracht 5 
# geef om de beurt je reactie op de vraag
# bespreek de antwoorden 
# noteer allebei antwoord in je schrift
# 5 minuten

 
timer
5:00

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

 #Tekst 4 #blz. 14-15
Klassikaal lezen van tweede fragment:
Oliver is naar huis gegaan en heeft het katje mee naar het feest genomen. Wenche neemt de kitten van hem over.

 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

TALENT #1.1 Fictie blz. 10 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

 Opdracht 11 bij Tekst 4 #blz. 13
Bespreek in groepjes 
# geef om de beurt je reactie op een vraag
# bespreek verschillen - 
gebruik daarbij het verhaal
# 5 minuten 
 
timer
5:00

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Oordeel kan verschillen
  • hangt af van je smaak
  • hangt af van je ontwikkeling als lezer

Je gaat jezelf als lezer in kaart brengen.
Learnbeat 1 startopdracht fictie lezen
Maak de opdrachten bij 1.1 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Wat is literatuur? 
  • hangt af van je smaak
  • hangt af van je ontwikkeling als lezer

Je gaat jezelf als lezer in kaart brengen.
Learnbeat 1 startopdracht fictie lezen
Maak de opdrachten bij 1.1 

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Klaar voor de volgende les
Maak in je schrift:
blz. 13 opdr. 14 (lestaak)
blz. 12 opdr. 7




 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions