H4_les5_beleving_verhaal

Oefenen werkwoordspelling
  1. De commissaris … (gebieden) zijn agenten alle fietsers zonder licht te bekeuren, omdat dat veel geld … (opleveren).

  2. De vliegtuigkapers werden na enige onderhandelingen in het … (landen) toestel … (oppakken).

  3. Als kind … (darten) Oliver al beter dan hij … (voetballen).




1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefenen werkwoordspelling
  1. De commissaris … (gebieden) zijn agenten alle fietsers zonder licht te bekeuren, omdat dat veel geld … (opleveren).

  2. De vliegtuigkapers werden na enige onderhandelingen in het … (landen) toestel … (oppakken).

  3. Als kind … (darten) Oliver al beter dan hij … (voetballen).




Slide 1 - Slide

Oefenen werkwoordspelling
  1. De commissaris (gebiedt) zijn agenten alle fietsers zonder licht te bekeuren, omdat dat veel geld (oplevert).

  2. De vliegtuigkapers werden na enige onderhandelingen in het (gelande) toestel (opgepakt).

  3. Als kind (dartte) Oliver al beter dan hij (voetbalde).




Slide 2 - Slide

Verhaalanalyse
Aan het einde van de les:
  • Moet je met vakjargon een mening over literatuur kunnen verwoorden
  • Weet je wat we verstaan onder een verhaal
  • Kun je de gelaagdheid van een verhaal onderscheiden

Slide 3 - Slide

Programma deze les


  • Herhaling theorie lectuur/literatuur
  • Theorie H3 (mening) + H4 (verhaal)
  • Lezen in 'De aanslag' 





Slide 4 - Slide

Noem 2 verschillen tussen lectuur en literatuur

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Mening = verwachting + reactie
verwachting: wat verwacht je vóór het lezen?
(achterflap/titel/omvang/mening van anderen)

mening: wat vind je ná het lezen?
(emotieve/esthetische/morele/realistische waarde/spanning/ originaliteit) blz. 17


Slide 7 - Slide

Noteer je mening over je laatst bekeken film/serie (mening= verwachting + reactie)
Noteer naam film/serie + mening

Slide 8 - Open question

Wat is een verhaal? (1)
  • Personages + doelen -> gebeurtenis -> verhaal(wereld)

Slide 9 - Slide

Wat is een verhaal? (2)
  • Personages + doelen -> gebeurtenis -> verhaal(wereld)


  • Anton Steenwijk -> wie is er schuldig? -> oude buren bezoeken  -> verhaal van 'De aanslag' is ontstaan

Slide 10 - Slide

Wat is een verhaal? (3)
  • Personages + doelen -> gebeurtenis -> verhaal(wereld)


  • Fictie en werkelijkheid (realistisch)
  • Gelaagdheid van een verhaal --> diepere betekenis
  • Meerdere verhaallijnen (=plot)

Slide 11 - Slide

Wat bedoelt de auteur met het verhaal?

  • Wie bepaalt de boodschap van een verhaal?

  • De schrijver is niet de ik-persoon uit het verhaal

  • De lezer bepaalt de boodschap/wat hij leest

Slide 12 - Slide

To do...
Verder lezen in 'De aanslag'

Let op: wo 28/9 rep ww-spelling

Slide 13 - Slide