Mavo 3 Antwoorden Periode 1 Herhaling 1

Herhalingsopdracht 1

  • A = schaars (schaarse goederen)
  • B = niet schaars (vrije goederen)
  • C = schaars (schaarse goederen)
  • D = niet schaars (vrije goederen)
  • E = niet schaars (vrije goederen)
  • F = schaars (schaarse goederen)
  • G = schaars (schaarse goederen)

  • Dus A, C, F en G


Opdrachten bespreken
1 / 6
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 6 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhalingsopdracht 1

  • A = schaars (schaarse goederen)
  • B = niet schaars (vrije goederen)
  • C = schaars (schaarse goederen)
  • D = niet schaars (vrije goederen)
  • E = niet schaars (vrije goederen)
  • F = schaars (schaarse goederen)
  • G = schaars (schaarse goederen)

  • Dus A, C, F en G


Opdrachten bespreken

Slide 1 - Slide

Herhalingsopdracht 2

  • A = winst
  • B = rente
  • C = huur
  • D = loon/salaris


Opdrachten bespreken

Slide 2 - Slide

Herhalingsopdracht 3

  • A
    13 : 38 x 100 = 34%
    535 : 100 x 34% = 183,03 euro per maand

  • B
    36 : 38 x 100 = 95%
    1338 : 100 x 95% = 1267,58 euro per maand

  • C
    11 : 38 x 100 = 29%
    669 : 100 x 29% = 193,66 euro per maand


Opdrachten bespreken

Slide 3 - Slide

Herhalingsopdracht 3

  • D
    541,89 : 22 x 38 = 936 euro per maand dus 19 jaar

  • E
    73,89 : 3 x 38 = 936 euro per maand dus 19 jaar

  • F
    366,05 : 26 x 38 = 535 euro per maand dus 16 jaar




Opdrachten bespreken

Slide 4 - Slide

Herhalingsopdracht 3

  • G
    5 : 38 x 100 = 13%
    1204 : 100 x 13% = 158,42 euro per maand

  • H
    780,89 : 37 x 38 = 802 euro per maand dus 18 jaar




Opdrachten bespreken

Slide 5 - Slide

Herhalingsopdracht 4

  • A = directe ruil
  • B = indirecte ruil
  • C = directe ruil
  • D = indirecte ruil
Opdrachten bespreken

Slide 6 - Slide