Herhaling grammatica zinsdeel/ wg/o plus uitleg lv met rollen

Nederlands
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Nederlands

Slide 1 - Slide

Hoeveel zinsdelen hebben de volgende zinnen?

Slide 2 - Slide

Sleep de zin naar het juiste vak.
drie
vier
vijf
Dat liedje stond wekenlang op nummer 1.

Slide 3 - Drag question

Werkwoordelijk gezegde en onderwerp

Slide 4 - Slide


  • Persoonsvorm
  • Zinsdeelstrepen (voor jezelf)
  • Werkwoordelijk gezegde
  • Onderwerp

Ze hebben de hele dag gesurft.

Slide 5 - Slide

Ze hebben de hele dag gesurft.
Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp

Slide 6 - Open question

Ze | hebben | de hele dag | gesurft.

Slide 7 - Slide


  • Persoonsvorm
  • Zinsdeelstrepen (voor jezelf)
  • Werkwoordelijk gezegde
  • Onderwerp

Een uurtje later houdt de visser 
het niet meer uit.

Slide 8 - Slide

Een uurtje later houdt de visser het niet meer uit.
Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp

Slide 9 - Open question

Een uurtje later |houdt
de visser
| het |niet meer | uit.

Slide 10 - Slide

Komende week:
  • Lijdend voorwerp (les 5)

Slide 11 - Slide

De regisseur van een zin is het werkwoord.
Het werkwoord bepaalt:
  • wie iets doet (eerste rol =o)
  • wie iets beleeft/ondergaat (tweede rol = lv)
  • wie iets krijgt/niet krijgt (derde rol)

Slide 12 - Slide

1e rol = onderwerp
De fietser fietst hard.

pv/wg = fietst      o = de fietser

Kan ik iets/iemand fietsen?
NEE

Slide 13 - Slide

2de rol = lijdend voorwerp
Ik lees een heel mooi boek.
pv/wg = lees          o = ik

Kan ik iets lezen? JA
lv = een heel mooi boek

Wie of wat + o + wg?

Slide 14 - Slide

De rapper Dr. Dre heeft nu twee albums uitgebracht.
Wie/wat is het lijdend voorwerp?
A
De rapper Dr. Dre
B
heeft uitgebracht
C
nu
D
twee albums

Slide 15 - Quiz

Nederlands

Slide 16 - Slide