Par 7.1 Veilig werken met stoffen

Par 7.1 Veilig werken met stoffen
1 / 24
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Par 7.1 Veilig werken met stoffen

Slide 1 - Slide

Veiligheidsnormen

Slide 2 - Slide

LD-50 Berekenen

Slide 3 - Slide

ADI-waarde berekenen

Slide 4 - Slide

Grenswaarde berekenen

Slide 5 - Slide

Bijbehorende opgaven
Bij deze begrippen moet je de volgende opgaven maken:
Opgave 9, 10, 11 en 12.

Slide 6 - Slide

Opmerkingen opgave 9
LD-50 Is de hoeveelheid stof die bij inname 50% van de proefdieren doodt. De waarde is meestal gegeven in mg per kg lichaamsgewicht. ( mg.kg-1)

Let op het gewicht van de is in gram dit moet je dus omzetten naar kg.

Slide 7 - Slide

Opmerkingen opgave 10
TGG (tijd gewogen gemiddelde) of grenswaarde is het aantal mg stof dat je per m3 lucht gedurende 8 uren mag binnen krijgen. Krijg je meer binnen dan de grenswaarde 
Grenswaarden te vinden in Binas 97A

Slide 8 - Slide

Opmerkingen opgave 12
Weer werken met de LD-50 waarde zie opgave 9.

Zoek de waarde op in tabel 7-4, hier staat de LD-50 waarde in ug per kg lichaamsgewicht. u betekend micro dus 10-6.
Deze vermenigvuldigingsfactoren zijn terug te vinden in BInas 2. 

Slide 9 - Slide

Opmerkingen opgave 13
De dichtheid van lucht is:   ............. kg per m3
De TGG waarde van benzeen is:  ...........mg per m3
Dat betekend dat per ........kg lucht er ........mg benzeen mag voorkomen. 
ppm = (deel : geheel) x 106
ppm= ( mg benzeen : mg lucht ) x 106

Slide 10 - Slide

Opmerkingen opgave 14a
1. Bereken eerst hoeveel mg Joah maximaal per dag mag    binnenkrijgen.
2.Bereken dan hoeveel mg Joah per dag heeft binnengekregen.
3. Vergelijk deze twee waarden met elkaar en trek je conclusie.

Slide 11 - Slide

Opmerkingen opgave 14b
Bereken eerst met de LD-50 waarde hoeveel mg fipronil Joah mag binnenkrijgen.
1 ei bevat 0,072 mg fipronil.
Nu kun je uit rekenen hoeveel eieren Joah mag eten.
Het antwoord moet 2 significant, want 0,072 en 5,3 x 103 zijn twee significant.
 

Slide 12 - Slide

Opgave 9

Slide 13 - Slide

Opgave 10

Slide 14 - Slide

Opgave 12

Slide 15 - Slide

Percentage

Slide 16 - Slide

Promillage

Slide 17 - Slide

Oefening massa-pub

Slide 18 - Slide

Massa-ppm en volume-ppm

Slide 19 - Slide

Bijbehorende opgaven:
Bij deze begrippen moet je de volgende opgaven maken:
Opgave 13 en 14.

Slide 20 - Slide

Opgave 13

Slide 21 - Slide

Opgave 14a

Slide 22 - Slide

Opgave 14b

Slide 23 - Slide

Bestudeer de volgende onderdelen:
Par 7.1 Veilig werken met stoffen.
- Alle begrippen
- Opgave: 9, 10, 12, 13, 14

Slide 24 - Slide