Stunde Deutsch 06.04.21 TL42WD

Guten Morgen!
1 / 39
next
Slide 1: Slide
DuitsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Guten Morgen!

Slide 1 - Slide

GPS ??????

Slide 2 - Slide

Heute:
1. Meervoud van vrouwelijke zelfstandige naamwoorden
2. Gesprekken voeren

Slide 3 - Slide

de regel ontdekken ....
                                                                          ist es gelungen? 

Slide 4 - Slide

waar let je op bij het maken van het meervoud van de znw?
A
geslacht
B
uitgang
C
geslacht , uitzonderingen, uitgang
D
uitzonderingen

Slide 5 - Quiz

Was stimmt?
meervoud van mannelijke zwn wordt gevormd door + e en Umlaut bij
A
e, o, je
B
a, o, u
C
a, o, i
D
a, o, e

Slide 6 - Quiz

Was stimmt?

der Schrank
A
die Schranken
B
die Schränke

Slide 7 - Quiz

Meervoudsvorm van
'der Baum' .....
A
die Baumen
B
die Baume
C
die Bäumen
D
die Bäume

Slide 8 - Quiz

aantal mannelijke nm krijgt in het meervoud alleen -e (geen Umlaut)
der Abend --> die Abende

Slide 9 - Slide

andere 10 voorbeelden?

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Slide

der Schlüssel
A
die Schlüßeln
B
die Schlüssel
C
das Schlüssel
D
die Schlüssele

Slide 12 - Quiz

der Computer
A
die Computeren
B
die Computer

Slide 13 - Quiz

sommige krijgen een Umlaut
zoals 
der Vater = die Väter
der Bruder --> die Brüder 

Slide 14 - Slide

in je grammatica Reader
staan er nog 8.
welke?

Slide 15 - Mind map

Slide 16 - Slide

der Name
A
die Namen
B
die Namer
C
das Name
D
die Namens

Slide 17 - Quiz

mannelijke woorden die eindigen op een -e, krijgen een -n:
der Junge --> die Jungen
der Hase --> die Hasen
der Russe --> die Russen

Slide 18 - Slide

der Chef
A
die Cheffen
B
die Chef's
C
das Chef
D
die Chefs

Slide 19 - Quiz

mannelijke, vrouwelijke, onzijdige znw

international? --> + s

Slide 20 - Slide

der Reichtum, das Eigentum ,
das Wachstum.
wat hebben deze woorden gemeen?

Slide 21 - Mind map

meervoud van das Eigentum?

Slide 22 - Open question

Meervoud van
das Wachstum?

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

hoe zit het met
vrouwelijke znw?
wat is hier de hoofdregel?

Slide 25 - Mind map

die Schule
A
die Schulen
B
die Schülen
C
die Schuller
D
das Schulen

Slide 26 - Quiz

die Frau
A
die Fraue
B
die Frauern
C
das Frauen
D
die Frauen

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

die Freundin, die Leiterin,
die Lehrerin, die Ärztin
wat hebben alle deze woorden gemeen?

Slide 29 - Mind map

Wat is de juiste meervoudsvorm van:
die Freundin
A
Die Freundinen
B
Das Freundinnen
C
Die Freundinnen
D
Der Freundinnen

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Slide

die Erlaubnis
A
die Erlaubnisse
B
die Erlaubnissen

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide

Also... vrouwelijke znw 
1. hoofdregel -->  -(e)n (die Frauen)
2. op - in --> -nen (Freundinnen)
3. op -is --> -se (Erlaubnisse)

Slide 34 - Slide

Uitzonderingen?

Slide 35 - Mind map

die Kraft
A
die Kraften
B
die Krafte
C
der Kräfte
D
die Kräfte

Slide 36 - Quiz

die Stadt
A
die Städte
B
die Stadten
C
das Stadten
D
die Stadt

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Slide

Fragen?
Gesprekken in aparte kanalen; klaar? --> 
 zelfstandig opdracht  2 blz. 23-24 Grammatica Reader
theorie blz. 16-20 Grammatica Reader 
Huiswerk: GPS Gespräche Magazine

Slide 39 - Slide