De Verlichting

De Verlichting


1 / 48
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

De Verlichting


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leidende vraag
Welke ideeën ontstonden tijdens de verlichting over de ideale samenleving?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Het schild van Minerva

Slide 6 - Slide

This item has no instructions




‘De boekhandel van de wereld. Drukkers, boekverkopers en lezers in de Gouden Eeuw’.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hobbes
  • Volgens Thomas Hobbes (1588-1679 ) is de mens van nature slecht
  • Homo homini lupus ("De cive, 1651)
  • Er is een sterke leider nodig om de mens tegen zichzelf te beschermen 
  • De vorst neemt de beslissingen anders ontstaat er chaos

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Rousseau (1712 - 1778)
  • Voorbeeld: 'edele wilde'
  • De mens is van nature goed
  • Beschaving heeft gezorgd voor ongelijkheid
  • Tegen de gecultiveerde samenleving

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Montesquieu

De trias politica


Wetgevende macht

Uitvoerende macht

Rechtelijke macht

Slide 21 - Slide

This item has no instructions






Lodewijk XIV

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Montesquieu: Trias Politica

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Tussen welke tijdsperiodes bevinden de middeleeuwen zich?
A
Renaissance en verlichting
B
Oudheid en verlichting
C
Renaissance en romantiek
D
Oudheid en renaissance

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer ontstond de verlichting?

A
1520
B
1740
C
1650
D
1600

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Voltaire was een?
A
Atheïst, dit is iemand die gelooft dat god de wereld geschapen heeft, maar zich er daarna niet meer mee bemoeit.
B
Deïst, dit is iemand die niet gelooft dat er een god is.
C
Atheïst, dit is iemand die niet gelooft dat er een god is.
D
Deïst, dit is iemand die gelooft dat god de wereld geschapen heeft, maar zich er daarna niet meer mee bemoeit.

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wie bedacht de trias politica?
A
Spinoza
B
John Locke
C
Montesquieu
D
Rousseau

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Verzwaring...
Maken 4.1:
Kernvragen 1 t/m 7 en/of
Ex.tra. 8 t/m 17 en/of
Samenvatten (maar oefen wel met
examenvragen!)

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

K.A. nummer 27 = De Verlichting

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Radicale en gematigde Verlichting
Gematigde Verlichting: kleine veranderingen nastreven
- balans zoeken tussen oude en nieuwe ideeën

Radicale Verlichting: grote veranderingen nastreven
- democratie, vrijheid en gelijkheid vormen de basis van de samenleving

Slide 31 - Slide

Gaston van Orleans (1608-1660); broer van koning Lodewijk XIII; wilde meer macht en streed tegen koning en adviseurs

Lodewijk XIII (1601-1643); 

kardinaal Richelieu (1585-1642): adviseur van Lodewijk XIII en Lodewijk XIV

kardinaal Mazarin (1602-1661): adviseur van Lodewijk XIV

Slide 32 - Video

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Sociaal contract
Uitgangssituatie:
vorst heeft absolute macht door droit divin

Locke
contract tussen burgers en vorst:
* burgers dragen taken over aan vorst
* vorst beschermt burgers door wetgeving
* als een vorst dit niet goed doet, mag hij afgezet worden
John Locke (1632-1704)

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Jean-Jacques Rousseau
Volkssoevereiniteit,  maar de staat heeft t.b.v  het volk de  hoogste macht.



Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Rousseau (1712-1778)

Sociaal contract van individuen om natuurlijke vrijheid (die wordt bedreigd door het recht van de sterkste) te ruilen voor politieke vrijheid (veiligheid) --> Volkssoevereiniteit!

  •  werkt met de Volonté General (de staat zorgt voor het algemeen belang).
    = anders dan Hobbes omdat..?

     = anders dan Locke omdat..?

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Verlicht absolutisme

  • Absolute vorsten baseren macht op Droit Divin
  • Verlicht Absolute vorsten leggen nadruk op sociaal contract: dienaars van de staat
  • Daarnaast steun aan verlicht filosofen, bouwen van bibliotheken, enzovoorts
  • Voorbeelden: Catharina de Grote, Frederik de Grote, Jozef II
  • Alles voor het volk, niets door het volk

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Adam Smith
  • Mensen streven altijd eigen voordeel na
  • Vrije economie
  • Tegen mercantilisme
  • Wet van vraag en aanbod zorgt als onzichtbare hand voor zo groot mogelijke voorspoed

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Video

This item has no instructions

Wat is de beste opsomming van 'De verlichting'?
A
Jari zag eindelijk het licht
B
Humanisme, rationalisme en optimisme
C
Wetenschap, rationalisme en optimisme
D
Wetenschap, democratie en rationalisme

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Aan wie / wat had de koning volgens Rousseau zijn positie te danken?
A
Aan god
B
Aan de Kerk
C
Aan de derde stand
D
Aan het volk

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Lees de bron:

Welke bewering over de bron is niet juist?
A
Spinoza vond dat iedereen mocht zeggen wat hij wil.
B
Spinoza was een immigrant.
C
Spinoza was voor gewetensvrijheid.
D
Spinoza´s vrijheid werd eerst beperkt door de regels van de een Joodse geloofsgroep.

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Welke van onderstaande personen heeft als eerste kritiek op de kerk?
A
Spinoza
B
Erasmus
C
Locke
D
Voltaire

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

Welke filosoof legde ongewild de theoretische basis voor de terreur namens het volk in 1793?
A
Rousseau
B
Montesquieu
C
Spinoza
D
Voltaire

Slide 45 - Quiz

This item has no instructions

KORTOM:
Het nieuwe denken ging eerst alleen over de natuur en de wereld. Totdat wetenschappers dit nieuwe denken gingen toepassen op de mens en maatschappij: 

  • Hoezo is een koning aangewezen door God en mag hij als een God regeren?
  • Wie mag het land besturen en hoe moet dat eerlijk gebeuren?
  • Hoezo mag een koning zo maar meer belasting gaan vragen? 

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Op weg naar de Franse revolutie!

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Verzwaring...
Maken 4.1:
Kernvragen 1 t/m 7 en/of
Ex.tra. 8 t/m 17 en/of
Samenvatten (maar oefen wel met
examenvragen!)

Slide 48 - Slide

This item has no instructions