Herhalingsles politiek

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 3

Herhaling H3 Politiek

• Quiz
• Begrippenlijst/samenvatting maken 

https://create.kahoot.it/details/fb5309c1-1dd0-4027-9d10-362d8f042f78

Politici worden gekozen door het volk om hun te vertegenwoordigen.

1. juist
2. fout

Deze politieke partij is politiek rechts

1. D66
2. VVD
3. PvdA
4. PvdD

Deze politieke partij is politiek links:

1. VVD
2. PVV
3. Christenunie
4. SP

Directe democratie

Indirecte democratie

Referendum

Nederland is een...

Stemmen op een partij

Er is een volksvertegenwoordiging

Je gaat naar de stembus om over een wet te stemmen 

Wel algemeen belang

Geen algemeen belang

veiligheid op straat

Goede dijken

Mensen vaccineren tegen corona

Goede trein verbindingen

Het hebben van een mobiele telefoon

Hoe laat je thuis mag komen van een feestje

Wel Ambtenaren

Geen ambtenaren

Hoeveel leden zitten er in het parlement?

1. 75
2. 100
3. 150
4. 225

De taken van het parlement zijn:
- (Mede)wetgeving

1. Controleren van het kabinet
2. Land vertegenwoordigen in het buitenland
3. Regeerakkoord maken
4. Troonrede schrijven

Wat is Prinsjesdag?

1. De mensen hebben vandaag feest.
2. De Koning heeft een vrije dag.
3. De koning kijkt terug op afgelopen jaar.
4. De koning leest de troonrede voor.

Wat is GEEN taak van de koning?

1. Handtekening zetten onder wetten
2. De troonrede voorlezen
3. Beslissen welke wetten doorgaan
4. ministers benoemen

Overheid

Kabinet

Regering

Politici en ambtenaren

Koning en ministers

Ministers en Staatssecretarissen

Welke stelling(en) is/zijn juist?
1) Politici worden gekozen, ambtenaren solliciteren naar hun functie
2) SP is een linkse partij

1. 1 is juist 2 is onjuist
2. 1 is onjuist 2 is juist
3. 1 & 2 zijn juist
4. 1 & 2 zijn onjuist

Op je 18e ga je voor het eerst naar de stembus, hoe heet dit?

1. Passief kiesrecht
2. Actief kiesrecht

Politiek links

Politiek rechts

Politiek midden

POLITIEK LINKS

POLITIEK RECHTS

gelijkheid

Actieve overheid

Passieve overheid

Vrijheid

POLITIEK LINKS

POLITIEK RECHTS

Eerlijke inkomens verdeling

Zwakkeren bescherming

Een overheid die alleen straft en controleert

Zijn de stellingen juist of onjuist?
1. Voorstanders van een passieve overheid willen lage belastingen.
2. Een passieve overheid past bij een linkse partij.

1. 1 is juist 2 is onjuist
2. 1 is onjuist 2 is juist
3. 1 & 2 zijn beide juist
4. 1 & 2 zijn beide onjuist

Wat is een passieve overheid?

1. Een overheid die haar burgers beschermt
2. Een overheid die zich zo min mogelijk met het leven van haar burgers bemoeit
3. Een overheid dat minder tijd besteedt aan politieke vraagstukken
4. Een overheid die belangrijke keuzes over laat aan haar burgers

Als een politicus verkiesbaar is heet dat:

1. passief kiesrecht
2. actief kiesrecht
3. algemeen kiesrecht
4. geheime verkiezingen

Nummer één op de verkiezingslijst wordt ook wel de___ genoemd.

1. De premier
2. Een minister
3. De lijsttrekker
4. De minister-president

De partijen die niet in de regering zitten, heten:

1. Coalitie
2. Tweede kamer
3. Eerste Kamer
4. Oppositie

De taak van de gemeenteraad is te vergelijken met

1. Minister-president
2. Tweede Kamer
3. Eerste Kamer
4. Minister

De taak van de ministers en wethouders is het uitvoeren van wetten

1. Juist
2. Onjuist

Wel van algemeen belang

Niet van algemeen belang

Het ontwikkelen van een nieuw medicijn tegen hooikoorts.

Zorgen voor een goed internetsignaal in Nederland

Het maken van tv-programma's.

Het bezorgen van folders.

Welke kenmerken horen bij een dictatuur en welke bij een democratie?

Democratie

Dictatuur

Er zijn geen eerlijke verkiezingen.

De macht is in handen van het volk.

De macht is in handen van een persoon.

Er zijn strenge straffen.

Er zijn vrije en geheime verkiezingen.

Er zijn grondrechten.

Opvolging wordt besloten door een persoon.

Opdracht: Welke eigenschap hoort bij een democratie en welke bij een dictatuur?

Democratie

Dictatuur

Vrije verkiezingen

Fraude bij het stemmen

Politie mag je zomaar oppakken

Rechter beslist of je schuldig bent.

De koning heeft.....

1. Veel macht
2. Vrijwel geen macht
3. Veel te zeggen
4. De belangrijkste positie

De koning...

1. Zit niet in de regering, wel in het kabinet.
2. Zit niet in het kabinet en wel in de regering.

De Koning leest voor uit de ....

(de Koning spreekt de ................. uit)

1. de Miljoenennota
2. de Rijksbegroting
3. de Troonrede
4. het Regeerakkoord