This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Geld Omwisselen: Aankoopkoers en Verkoopkoers
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Doelstelling
Aan het einde van de les kunt u de aankoopkoers en verkoopkoers uitleggen en begrijpen hoe u geld kunt omwisselen naar een buitenlandse valuta.
Slide 2 - Slide
Leg de doelstelling van de les uit en wat de studenten aan het einde van de les zullen bereiken.
Wat weet je al over het omwisselen van geld naar een buitenlandse valuta?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Opdracht 3
Waar moet u op letten bij het kiezen van een bank of wisselkantoor om uw geld om te wisselen?
Slide 4 - Slide
Stel de vraag en geef studenten de tijd om te antwoorden.
Wat is valutawissel?
Valutawissel is het omwisselen van de ene valuta naar de andere. Dit kan nodig zijn als u naar het buitenland reist of als u zaken doet met een bedrijf in een ander land.
Slide 5 - Slide
Leg uit wat valutawissel is en waarom dit nodig kan zijn.
Wisselkoers
De wisselkoers is de prijs waartegen een valuta kan worden gekocht of verkocht ten opzichte van een andere valuta.
Slide 6 - Slide
Leg uit wat de wisselkoers is en waarom dit belangrijk is bij het omwisselen van geld.
Aankoopkoers
De aankoopkoers is de prijs waartegen een bank of wisselkantoor een valuta koopt van u als klant.
Slide 7 - Slide
Leg uit wat de aankoopkoers is en hoe deze wordt bepaald.
Verkoopkoers
De verkoopkoers is de prijs waartegen een bank of wisselkantoor een valuta verkoopt aan u als klant.
Slide 8 - Slide
Leg uit wat de verkoopkoers is en hoe deze wordt bepaald.
Verschil tussen aankoop- en verkoopkoers
Het verschil tussen de aankoop- en verkoopkoers wordt de spread genoemd. Dit is hoe banken en wisselkantoren geld verdienen aan valutawissel.
Slide 9 - Slide
Leg uit wat de spread is en hoe banken en wisselkantoren geld verdienen aan valutawissel.
Opdracht 1
Wat is het verschil tussen de aankoop- en verkoopkoers?
Slide 10 - Slide
Stel de vraag en geef studenten de tijd om te antwoorden.
Opdracht 2
Als de aankoopkoers voor USD/EUR 0,85 is en de verkoopkoers 0,90, hoeveel winst maakt de bank dan als u 1000 USD omwisselt naar EUR?
Slide 11 - Slide
Stel de vraag en geef studenten de tijd om te berekenen. Bespreek de antwoorden daarna als een groep.
Geld Omwisselen
Er zijn verschillende manieren om geld om te wisselen, waaronder banken, wisselkantoren en creditcards. Het is belangrijk om te vergelijken voordat u besluit waar u uw geld gaat omwisselen.
Slide 12 - Slide
Leg uit hoe u geld kunt omwisselen en waar u op moet letten bij het kiezen van een bank of wisselkantoor.
Wisselkoersverschillen
Wisselkoersen kunnen van dag tot dag veranderen en verschillen tussen banken en wisselkantoren. Het is belangrijk om de wisselkoersen te vergelijken voordat u uw geld omwisselt.
Slide 13 - Slide
Leg uit waarom wisselkoersen kunnen verschillen en waarom het belangrijk is om te vergelijken.
Vergelijken van Wisselkoersen
Er zijn verschillende websites en apps beschikbaar om wisselkoersen te vergelijken, zoals Google Finance, XE en Oanda.
Slide 14 - Slide
Geef voorbeelden van websites en apps die studenten kunnen gebruiken om wisselkoersen te vergelijken.
Conversie van Valuta
Bij het omwisselen van geld moet u ook rekening houden met conversiekosten. Dit zijn kosten die in rekening worden gebracht voor het omzetten van uw geld naar een andere valuta.
Slide 15 - Slide
Leg uit wat conversiekosten zijn en waarom het belangrijk is om hier rekening mee te houden.
Samenvatting
U hebt geleerd wat valutawissel is, wat de aankoop- en verkoopkoers zijn en waarom het belangrijk is om wisselkoersen te vergelijken en conversiekosten in overweging te nemen.
Slide 16 - Slide
Herhaal de belangrijkste punten van de les en controleer of de studenten de doelstelling van de les hebben bereikt.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 17 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 18 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 19 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.