PPI periode 4 B2

Groepssfeer
PPI 1A
1 / 10
next
Slide 1: Slide
MentorlesHBOStudiejaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Groepssfeer
PPI 1A

Slide 1 - Slide

Hoe beoordeel je momenteel de sfeer in de PPI groep?
0100

Slide 2 - Poll

Kenmerken positieve groep
  • Positieve verhouding tussen studenten
  • Gelijkheid tussen de groepsleden, geen baas. 
  • Iedereen kan zichzelf zijn, er is ruimte voor eigen talent & eigenschappen. 
  • Er is samenhang in de groep: studenten voelen zich met elkaar verbonden.

Slide 3 - Slide

Rollen positieve groep
  1. In een positieve groep kan iedereen de rol aannemen die bij hem past. 
  2. Een rol is een favoriete stijl die iemand aanneemt om samen te kunnen werken. 
  3. We kennen een aantal rollen: gezagsdrager, sociaal werker, organisator, verkenner, volger, joker etc. 


Slide 4 - Slide

Kenmerken negatieve groep
  • Terugkerende conflicten en onderlinge spanningen tussen studenten.
  • Vaak een student die wil domineren. 
  • Positief ingestelde studenten kunnen weinig initiatief ontplooien. 
  • Een bepaald aantal studenten bepalen de sfeer die in de groep heerst.
  • Dit leid tot de vorming van subgroepen, waar die studenten wel positieve relaties kunnen aangaan. 
  • Deze groepen kunnen lastig naar een gezamenlijk doel toe werken, omdat er geen wij gevoel is.  

Slide 5 - Slide

Rollen negatieve groep
Deze rollen zijn beperkt. 
  1. Machthebber (dictator): probeert de groep te leiden met negatieve doelen, zwartmaken van anderen, pesten, buitensluiten
  2. Intrigant: probeert de dictator van zijn troon te stoten. Wil zelf de leider zijn, doet dit door meelopers met hem mee te krijgen. 

Slide 6 - Slide

Welke aspecten herken jij het meest in onze groep?
Kenmerken van een positieve groep
Kenmerken van een negatieve groep

Slide 7 - Poll

Wat zijn zaken waar je je aan stoort/ lastig vindt in de PPI groep?

Slide 8 - Open question

Wat zijn zaken die je prettig vindt binnen de PPI groep?

Slide 9 - Open question

Hoe nu verder?

Slide 10 - Mind map