Effectief Schrijven: Maak je Doelbereikend!

Effectief Schrijven: Maak je Doelbereikend!
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Effectief Schrijven: Maak je Doelbereikend!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
In deze lesreeks leer je hoe je op MBO niveau 4 effectief doelgericht kunt schrijven.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over doelgericht schrijven?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is Doelgericht Schrijven?
Doelgericht schrijven betekent dat je je boodschap specifiek richt op een bepaalde doelgroep en doelstelling.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Doelgroep en Doelstelling
Bepaal je doelgroep en doelstelling voordat je begint met schrijven. Wie wil je bereiken en wat wil je bereiken?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Structuur van een Tekst
Een doelgerichte tekst heeft een duidelijke structuur: inleiding, kern en slot. Dit helpt de lezer om de boodschap goed te begrijpen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Taalgebruik
Het gebruik van heldere en passende taal is cruciaal bij doelgericht schrijven. Pas je taalgebruik aan op je doelgroep.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Concreet Formuleren
Wees concreet in je boodschap. Gebruik specifieke voorbeelden en vermijd vaagheid.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Feedback en Revisie
Het is belangrijk om feedback te ontvangen en je tekst te reviseren om de doelgerichtheid te verbeteren.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Praktijkopdracht
Schrijf een doelgerichte tekst voor een specifieke doelgroep en doelstelling. Pas de geleerde principes toe in je tekst.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.