Meer dan lezen §2 Onderwerp en hoofdgedachte

§ 2 
Onderwerp en hoofdgedachte
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

§ 2 
Onderwerp en hoofdgedachte

Slide 1 - Slide

Meer dan lezen 
timer
10:00
Tijdens het stillezen: huiswerk controle
A: opdracht 1 t/m 7
AH1E: opdracht 1 t/m 8.1

Slide 2 - Slide

Leesstrategieën
Korte herhaling

Slide 3 - Slide

Wat is een leesstrategie?
A
Een manier van lezen.
B
Een manier van kijken
C
Een plan van aanpak.
D
Een aanpak.

Slide 4 - Quiz

Wat is het leesdoel van de leesstrategie ‘precies lezen'?
A
Je wilt weten met wat voor tekst je te maken hebt.
B
Je wilt de tekst begrijpen.
C
Je wilt de tekst onthouden.
D
Je hebt een vraag en die wil je snel beantwoorden.

Slide 5 - Quiz

Als ik iets opzoek in het woordenboek, gebruik ik de leesstrategie:
A
Oriënterend lezen
B
Precies lezen
C
Globaal lezen
D
Zoekend lezen

Slide 6 - Quiz

Onderwerp
Elke tekst gaat ergens over. Dat noem je het onderwerp. Je kunt met één woord of met een paar woorden zeggen wat het onderwerp is, bijvoorbeeld: goochelen of gezonde snacks.

Zo vind je het onderwerp van een tekst:
- lees de tekst oriënterend
- geef zo kort mogelijk antwoord op de vraag: waar gaat deze tekst over?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Hoofdgedachte
Hoofdgedachte van de tekst is één volledige zin die het belangrijkste samenvat wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt. Dus in één zin waar de hele tekst over gaat.

Let op! de hoofdgedachte is nooit een vraag!
Zo vind je de hoofdgedachte:
- lees de tekst precies
- kijk aan het begin en aan het einde van de tekst of de hoofdgedachte daar letterlijk staat. Als dit niet zo is, vraag je dan af vraag je dan af wat het antwoord is op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

De hoofdgedachte geeft antwoord op de volgende vraag:
A
Wat is het belangrijkste dat over het onderwerp wordt gezegd?
B
Wat is de mening van de schrijver?
C
D
Wat is het onderwerp van de tekst?

Slide 11 - Quiz

Fout geformuleerd

Het onderwerp is
Hoe ontstaat een bijensteek?


Waarom haal je lage cijfers?
Goed geformuleerd

Het onderwerp is
Het ontstaan van een bijensteek

Redenen voor lage cijfers

Slide 12 - Slide

Aan de slag! A1
Deze week maken:
Opdracht 1, 2, 3 (niet 3.9) , 4 en 5.1

Samen opdracht 1 + start opdr 2

Let op: groot aantal mensen ook werk van vorige week! Dinsdag controle van alles, anders 12.00 werken ipv pauze





Slide 13 - Slide

Aan de slag! AH1
Deze week maken:
Opdracht 1 t/m 9 (7.6 en 9.8 niet)

Samen opdracht 1 (opdracht 1.3 niet)

Let op: groot aantal mensen ook werk van vorige week! Dinsdag controle van alles, anders 12.00 werken ipv pauze





Slide 14 - Slide