Een voorwaardelijk verband geeft aan onder welke voorwaarden iets gebeurt.
(Dit verband wordt vast vaak door je ouders gebruikt als ze ontevreden zijn:)
Signaalwoorden: als (dan), indien, tenzij, mits, wanneer, onder de volgende voorwaarden, in het geval dat, mocht ... dan, op voorwaarde dat.
Voorbeeld: Als ik vandaag mijn kamer opruim,
(dan) mag ik morgen mee naar de Efteling.
Om mee te mogen naar de Efteling, moet ik mijn kamer opruimen.
Voorwaarde = kamer opruimen