Chirurgie, pre en post operatieve zorg

1 / 39
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat wil jij weten over dit onderwerp?
Wat zijn jullie leervragen?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoe wordt Chirurgie ook wel genoemd?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

De Chirurg =
Snijdend specialist
Behandelt verwondingen, tumoren en infecties vooral door het eigenhandig uitvoeren van operaties.

Er zijn heel veel verschillende chirurgen:
Gastro-intestinale chirurgie (maag-darm operaties)
Hand- en Pols Chirurgie.
Hoofd- en Hals Chirurgie.
Mammachirurgie (chirurgie bij borstkanker)
Oncologische Chirurgie (operaties bij kanker)
Thoraxchirurgie (longchirurgie)
Traumachirurgie (ongevalchirurgie)
Vaatchirurgie
Plastisch chirurgie

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wie zijn er allemaal betrokken bij een operatie?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Routering chirurgische 
patiënt
Via huisarts
Via Spoedeisende hulp

Gepland of ongepland

Wat zal het verschil zijn voor de patiënt?


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Poli klinisch

  • Minder complexe nazorg
  • Patiënt is in goede conditie
  • Relatief kleine operaties
  • Opname op afdeling
 dagbehandeling

Kan klinische opname worden
Klinisch

  • Grotere operaties
  • Opname op verpleegafdeling
  • Patiënt blijft tot ontslag in het Ziekenhuis

Wordt geen poli klinische opname meer

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Pre operatieve zorg 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welke handelingen doe je als verpleegkundige bij de pre operatieve zorg van een patiënt?

Slide 13 - Mind map

This item has no instructions

  • Voorlichten
  • Anamnese uitvoeren
  • Vitale functies meten (referentiewaarden)
  • Vooronderzoeken
  • Infusen inbrengen
  • Katheter inbrengen
  • Infectie risico bepalen
  • Antistolling reguleren
  • Kennis maken op de IC
  • Voeding optimaliseren
  • Pneumonie voorkomen
  • Lichaam observeren
  • Pijnbestrijding geven
  • Speciale aandacht voor allergieën
  • Zo nodig scheren
 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Verklaar de volgende complicaties

  • Angst
  • Pijn
  • Anticoagulantia
  • Decubitus
  • Vetembolie na breuk

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hoe doe je dat nu in een acute situatie?


Denk bijvoorbeeld aan een casus met een schotwond..

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

AMPLE Anamnese

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Pre operatieve onderzoeken
Bloedonderzoek, waarom?
Lever,-nierfunctie, waarom?
Albuminegehalte bepalen, waarom?
Urineonderzoek, waarom?
ECG, waarom?
Thoraxfoto, waarom?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Anesthesie
Anesthesist
Anesthesiemedewerker

Soorten Anesthesie:
  • Algehele anesthesie
  • Regionale anesthesie:
Epi- of peridurale anesthesie of Spinale anesthesie
  • Lokale of infiltratie anesthesie

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

ASA- waardeschaal

American Society of Anesteoiologists


Basis: fysieke en psychische toestand ingedeeld

OK-risico

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Besluit op OK en dan?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Post operatieve zorg

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Naar de afdeling
Wat wil je weten?
Identificatie (polsband), voorgeschiedenis, toegepaste anesthesie, vit functies, O2, infusiebeleid, medicatiebeleid/pijnstilling, uitgevoerde operatie, complicaties, psychosociaal, zorgvoorschriften, drainages, katheters, bijz. van wond, aan te vragenonderzoek, wie is anesthesioloog.

Controles:
Vitale functies
Lopend infuus
Urineproductie
Afvloed drainages
Wondcontrole / nabloedingen


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Naar de afdeling
Wat moet je allemaal doen als je met de patiënt op de afdeling komt?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Naar de afdeling
Wat moet je allemaal doen als je met de patiënt op de afdeling komt?
OK kleding uit, bedkleding aan
Apparatuur aansluiten en bevestigen
Infuus, drain, katheter, pomp, sonde, spoelsysteem, zuurstof
Vochtbalans
Controles
Checklist
Evt drinken / mond spoelen
Kunstgebit
Familie inlichten

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Post operatieve zorg

  • Goede informatie en instructie tav anticoagulantia
  • Informatie tav moeheid
  • Informatie tav wond/wondgebied
  • Zware inspanning vermijden
  • Voeding
  • Roken
  • Lichaamsbeweging
  • Obstipatie voorkomen
  • Wanneer waarschuwen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Naar de intensive care

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Wat zijn volgens jou veel voorkomende complicaties bij post operatieve zorgvragers?

Slide 30 - Open question

Trombose
Defecatie- en mictieproblemen
Wondinfecties
Bloedingen
Pneunomie

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Video

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Voor dat we aan de opdracht beginnen..

Nog een laatste vraag

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn jou taken en verantwoordelijkheden rond het ontslag van de patiën?

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Nog vragen?
Aan de slag!

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk deze week
  • Shock uitwerken in leerteams
  • Individueel opdracht 4.1 t/m 4.5 + 4.12 uit LWP
  • In leerteams 4.6 uit LWP starten verpleegplan (tot week 6 de tijd dan inleveren).


Slide 39 - Slide

This item has no instructions