MBO - RE-SPECT, opnieuw kijken!

previous
22 / 31
next
Slide 22: Slide
BurgerschapskundeBurgerschapsonderwijs+2MBOStudiejaar 1-4

This lesson contains 31 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Introduction

Deze les gaat over de oorspronkelijke betekenis van het woord Respect. Respect komt van het latijnse Respectus, vrij vertaald: Re = Opnieuw Spectare = kijken! Het woord Respect kent vele interpretaties. Dat is precies wat het zo ingewikkeld en tegelijk zo boeiend maakt om erover in gesprek te gaan. Als we het hebben over ‘respect’ dan gaat het vaak over het ‘waarderen’ van iemands mening, normen en waarden. De verschillen naast elkaar laten bestaan. Elkaar tolereren. Maar respect zou toch eigenlijk een stap verder moeten gaan. Respect is Actief! Met de les RE-SPECT gaan we onderzoeken wat aannames zijn, hoe je kunt luisteren naar elkaar en of jouw mening nog wel bij je past. Respect is opnieuw durven kijken naar jezelf en dat ook in het licht van de ander kunnen zien.

Instructions

In deze les ga je aan de slag met de vaardigheden die je nodig hebt om opnieuw te kunnen kijken! In de bijlage zitten de a4 werkbladen voor iedereen. Succes!

Doel van de les    
Kritisch en onderbouwd kunnen kijken naar jezelf en je eigen mening.

Werkvormen   
Klassikaal, in groepjes en individueel.

Competenties/ vaardigheden   
Zelfkennis, empathie, visie, oordeelsvorming, algemene ontwikkeling, kritisch, samenwerken, gesprek voeren, omgevingsbewust zijn, kritisch, analytisch.

Burgerschap
Met deze les werk je actief aan de dimensie: sociaal-maatschappelijk.

Worksheets

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Introductie:
Deze les gaat over de oorspronkelijke betekenis van het woord Respect.
Respect komt van het Latijnse Respectus, vrij vertaald: Re = opnieuw, Spectare = kijken!

Het woord, hoe we het vandaag de dag gebruiken, kent vele interpretaties. En dat is nu precies waarom het zo ingewikkeld en tegelijkertijd zo boeiend is om hierover in gesprek te gaan.

Als we het hebben over ‘respect’ dan is dat vooral het ‘waarderen’ van iemands mening, normen en waarden, de verschillen die er zijn naast elkaar laten bestaan en elkaar tolereren. Maar respect zou toch eigenlijk een stap verder moeten gaan. Respect is Actief!

Respect is van elkaar leren en durven onderzoeken of jouw mening nog wel bij je past. Respect is opnieuw durven kijken naar jezelf, je eigen meningen en dat ook in het licht van de ander kunnen zien.

In deze les ga je aan de slag met de vaardigheden die je nodig hebt om opnieuw te kunnen kijken!

Succes!



Slide 2 - Slide

Vraag:

Vraag de studenten wat zij vinden dat het woord respect betekent. Begeleid een kort gesprek waarin de studenten verschillende invalshoeken van respect bespreken.

Denkrichting voor het gesprek:

- Is respect voor iederen het zelfde?
- Wat vind jij respectvol gedrag?
- Ben je wel een respectloos behandeld?
- Wat was het waardoor je je niet gerespecteerd voelde?
- Hoe kunnen mensen respect laten zien?
Etc.

Slide 3 - Slide

Terug naar de herkomst van het woord

Respect is een woord met veel betekenis; aanzien, eerbied, waardering. Maar ‘respect’ wordt ook gebruikt als uitroep. En om het allemaal nog wat ingewikkelder te maken; wat voor de één respectvol is hoeft dat niet voor de ander te zijn.

Maar wist je dat RE in het Latijn 'opnieuw' betekent en SPECT 'kijken'? Letterlijk zou je kunnen zeggen dat respect betekent: een situatie opnieuw of met andere ogen bekijken.



Slide 4 - Slide

Vraag:

Dingen opnieuw kunnen bekijken,  waarom zou dit belangrijk zijn?

Slide 5 - Slide

Opnieuw kijken, hoe doe je dat?

Opnieuw kijken… tja,hoe doe je dat eigenlijk en wat heb je daarvoor nodig?

We moeten verschillende dingen van onszelf weten en kunnen om echt opnieuw te kunnen kijken.

Slide 6 - Slide

4x opnieuw kijken

Deze les bestaat uit 4 delen. 
Elk deel gaat over een belangrijk thema om opnieuw te kunnen kijken.
Bij elk thema ervaar en bespreek je hoe jullie hier zelf over denken.  Er is geen goed of fout bij deze opdrachten. 

Je kunt er voor kiezen om de les in één keer te geven of op de delen. Bij elk thema zit een klassikale opdracht.



Slide 7 - Slide

Eerste indruk

Bekijk de foto. Wat denk je hiervan? Wat zie je? Geef de eerste reactie die in je opkomt. Als je een 'comment' zou plaatsen, wat zou dat dan zijn? Noteer je opmerking bij de foto op het werkblad.

Laat de studenten hun eerste indruk vervolgens delen. Moedig ze aan! Er zijn geen verkeerde antwoorden!!
Schrijf de reacties in steekwoorden op het bord.



Slide 8 - Slide

Aannames vs realiteit

Lees nu (samen) het verhaal achter de foto. Lees het voor of laat het in delen voorlezen door de studenten.

Bekijk daarna nogmaals de reacties op het bord. Bespreek klassikaal welke van deze reacties klopten en welke helemaal niet. Waarom dachten we bepaalde dingen? Waren opmerkingen terecht?
Hoe zien we het nu? Hoe komt dat?

Slide 9 - Slide

Uitleg aannames en eerste indruk:
Leg de studenten uit dat iedereen aannames doet. Dit is een manier voor je hersenen om snel te kunnen schakelen.

De informatie die je ziet/hoort wordt gekoppeld aan al bestaande data in je brein. Zo kunnen je hersenen sneller een beeld vormen en daardoor kun je efficiënt werken. Iedereen doet dit de hele dag door!

Maar... je brein heeft het niet altijd goed! Soms doe je aannames die helemaal niet kloppen, simpelweg omdat je een ander beeld in jouw eigen 'database' hebt.

Slide 10 - Slide

Afsluiten: Aannames...

Het is heel normaal dat iedereen aannames doet. Maar blijf hier altijd alert op. Zorg dat je wat vaker verder kijkt dan je neus lang is, of liever gezegd... kijk verder dan je eerste indruk! Stel vragen en zoek achtergrond informatie. Help je brein om je database up-to-date te houden.


Slide 11 - Slide

Ervaren
In het programma Puberruil
ruilen jongeren van verschillende families vijf dagen van huis, gezin, hobby’s en vrienden. Ze leven elkaars leven en staan dus letterlijk even in de schoenen van de ander. 

De gedachte achter dit programma is: ervaren hoe het bij een ander thuis gaat.
Je leert elkaar pas echt kennen als je ervaart hoe een ander leeft.

Slide 12 - Slide

Optie 1:  Bekijk klassikaal de introductie (eerste 2 minuten) van het programma puberruil Joshua & Etienne. Hier stellen de twee families zich voor. 

https://www.npo3.nl/puberruil/01-06-2017/KN_1691728

(bron: KRO-NCRV puberruil)

Bespreek vervolgens het volgende met de klas:

Welke tegenstellingen zien ze nu al?
Wat vinden de jongens zelf; welke aanpassingen moeten ze doen? Als ze mogen kiezen, brengen ze dan liever vijf dagen door bij de familie van Etienne of Joshua? Waarom? 

Optie 2:
Bekijk klassikaal de hele aflevering van puberruil (ca. 25 min) waarin Joshua en Etienne vijf dagen van leven ruilen.

Bespreek de aflevering na.









Slide 13 - Slide

Afronding ervaren: stellingen

Bespreek met de klas de volgende drie stellingen. Maak het actief door de leerlingen te vragen om te gaan staan als ze het ermee eens zijn en blijven zitten als ze het ermee oneens zijn. (Een rustige variant met hand opsteken of een rood en groen briefje is natuurlijk ook een optie.)

Slide 14 - Slide

Stelling 1:

Je kan alleen vrienden zijn met mensen die op je lijken.

Slide 15 - Slide

Stelling 2:

Je begrijpt elkaar alleen als je zelf ervaart hoe de ander leeft.

Slide 16 - Slide

Stelling 3:

Scholen zouden puberruil als schoolproject moeten doen.

Slide 17 - Slide

Afsluiten: Ervaren...
Leren door te ervaren is een van de krachtigste manieren van leren.

Er ontstaat begrip wanneer je ervaart hoe een ander dingen doet, welke keuzes er worden gemaakt en met welke reden. Dit is een van de belangrijkste manieren om dingen opnieuw of anders te kunnen bekijken.

Slide 18 - Slide

Goed luisteren
Luisteren is meer dan je mond houden en wachten tot de ander klaar is met praten. Goed en actief luisteren vraagt iets van de luisteraar én de verteller. 
Ze werken namelijk samen!

Goed luisteren is heel belangrijk als je dingen te weten wilt komen en mensen wilt leren kennen.

Slide 19 - Slide

3 stappen interview

De studenten gaan elkaar interviewen in tweetallen. Zorg dat de klasopstelling (op 1,5 meter afstand) hier voldoende gelegenheid voor geeft.

Stap 1
Elke student kiest 1 van de cue-cards van het werkblad als onderwerp en leest zich in (ca. 1 min).

Slide 20 - Slide

Stap 2
De studenten interviewen elkaar over het gekozen onderwerp. Student A begint in de rol van verteller. Student B in die van luisteraar. Na 3-5 minuten geeft de docent een seintje en wisselen de studenten van rol.

Het is de bedoeling dat de studenten elkaar flink aan de tand voelen. Door goed door te vragen verzamelen de studenten zoveel mogelijk details.

Hoe de luisteraar zijn informatie noteert is aan hem. Maar let op: hij moet het straks in detail kunnen navertellen!




Slide 21 - Slide

Uitwisselen

Wat weet je nu van de ander?
Vraag een aantal studenten om klassikaal te vertellen wat ze van de ander hebben gehoord. Probeer zo veel mogelijk informatie te delen.







Slide 22 - Slide

Afsluiten: Luisteren...

Het is belangrijk om je te realiseren dat luisteren net zo goed een activiteit is als vertellen. Als je in staat bent om actief te luisteren, kun je meer van elkaar leren.

Maak eventueel gebruik van de volgende reflectievragen:

- Als je afhaakt in een gesprek of les, ligt dat dan aan de verteller?
- Hoe kun je zorgen dat je actief luistert?
- Hoe was het voor de verteller om tegen iemand te praten die actief luistert?
- Was het moeilijk om een actieve houding te hebben?
- Heb je het idee dat je zelf een actieve luisterhouding hebt?
- Hoe kun je actiever luisteren? Wat heb je daarvoor nodig?



Slide 23 - Slide

Meningen

Meningen; iedereen heeft ze en ze komen niet zomaar uit de lucht vallen. al onze meningen worden ergens door bepaald.

We gaan aan de slag met drie uitspraken van leeftijdsgenoten. Ze hebben een duidelijke mening. Bij elke mening is de vraag aan jou: wat is jóuw mening?




Slide 24 - Slide

Uitspraak 1 - Duurzaam leven

Lees hier de mening van een leeftijdsgenoot. Noteer op je werkblad wat jouw mening is over deze uitspraak.
Ben je het ermee eens of oneens? Waarom dan? Vind je iets heel anders? Noteer dat.

Schrijf het duidelijk voor jezelf op bij uitspraak 1.



Slide 25 - Slide

Uitspraak 2 - Geld

Lees hier de mening van een leeftijdsgenoot. Noteer op je werkblad wat jouw mening is over deze uitspraak.
Ben je het ermee eens of oneens? Waarom dan? Vind je iets heel anders? Noteer dat.

Schrijf het duidelijk voor jezelf op bij uitspraak 2!

Slide 26 - Slide

Uitspraak 3 - Regels

Lees hier de mening van een leeftijdsgenoot. Noteer op je werkblad wat jouw mening is over deze uitspraak.
Ben je het ermee eens of oneens? Waarom dan? Vind je iets heel anders? Noteer dat.

Schrijf het duidelijk voor jezelf op bij uitspraak 3!

Slide 27 - Slide

Waar komen (je) meningen vandaan?

De meningen die we hebben zijn ergens op gebaseerd. Dit kun je terugbrengen naar vier dingen: 
- de normen en waarden vanuit je opvoeding;
- je intuïtie;
- je persoonlijke ervaringen;
- de dagelijkse invloeden om je heen zoals media.

Meningen zijn dynamisch en blijven gedurende ons hele leven veranderen. Het is dus niet zo gek dat de meningen van mensen en groepen niet altijd overeenkomen.



Slide 28 - Slide

Analyseer je meningen!

Kleur voor elk van jouw opgeschreven meningen de balk in.
Hiermee geef je aan waar jíj denkt dat jouw mening vandaan komt.

Slide 29 - Slide

Invullen

De studenten bekijken hun meningen bij de uitspraken. Bij elke uitspraak kleuren ze het balkje tot hoever ze denken dat hun mening ergens vandaan komt.

Dit hoeft niet heel precies. Het gaat erom dat je straks een beeld hebt van waar je mening bij elk onderwerp vandaan komt.

Studenten vullen het individueel in en delen hun uitkomsten niet als ze dan niet willen.

Slide 30 - Slide

Afsluiting: Meningen...

Sluit dit onderwerp af door nogmaals te benadrukken dat meningen verschillend zijn, soms kunnen botsen maar ook juist kunnen zorgen voor nieuwe inzichten.

Je mening delen is belangrijk maar blijf  er telkens 'opnieuw' en kritisch naar kijken!






Slide 31 - Slide

Afronding les

Sluit de les af met een reflectiegesprek.
Hieronder staan voorbeeldvragen voor een effectieve nabespreking:

- Wat vonden jullie van de opdrachten?
- Hebben jullie dingen ontdekt die jullie nog niet wisten?
- Verbazen sommige dingen je?
- Denk je dat je in staat bent om af en toe anders te kijken?
- Keek je al vaker op deze manier naar dingen?
- Van welke opdracht heb je het meest geleerd?
Etc.