Zo geef je goede argumenten:
1. Noteer achter je mening het signaalwoord want of omdat.2. Vergelijk jouw situatie met die van iemand anders.
3. Leg uit dat iets in het belang is van jou en je lezers.
4. Bedenk bij je argumenten een goed voorbeeld.
6. Gebruik signaalwoorden als je meer argumenten noemt (ten eerste, ook bovendien, tot slot).
7. Leg uit waar je argumenten vandaan komen. Noem je bronnen