H3D Herhaling par. 3.1 t/m 3.3

Herhaling hoofdstuk 3: De Tweede Wereldoorlog
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling hoofdstuk 3: De Tweede Wereldoorlog

Slide 1 - Slide

3.1 Oorlog in Europa

Slide 2 - Slide

De Tweede Wereldoorlog had twee bondgenootschappen: de geallieerden en de asmogendheden.
Welk land hoorde bij welke kant? Eentje is al ingevuld.
Asmogendheden
Geallieerden

Slide 3 - Drag question

➤Combineer de onderstaande zinnen met het juiste land, door ze naar de vlaggen op de kaart te slepen.






Land dat werd veroverd tijdens de Blitzkrieg van mei 1940.
Dit land is nooit door de Duitsers veroverd. Dat kwam onder andere doordat de piloten van dit land zo dapper vochten.
De aanval op dit land werd door Duitsland Operatie Barbarossa genoemd.
Hier vielen de geallieerden op 6 juni 1944 aan.

Slide 4 - Drag question

Sleep de gebeurtenissen in de juiste volgorde van tijd. Begin met de gebeurtenis die het langst geleden is.

Duitsland valt Polen aan.
Japan valt Pearl Harbor aan.
Duitsland valt Nederland aan.
D-day.
Atoombommen op twee Japanse steden.

Slide 5 - Drag question

Hitler wilde graag een groot Duits rijk. Wat waren zijn motieven?

Slide 6 - Open question

Herhaling: Appeasementpolitiek
De politiek van Engeland, Frankrijk en de VS om toe te geven aan de eisen van Hitler om zo vrede te bewaren (in de jaren dertig)

Voorbeelden:
  • 1936: Duitse bezetting van het Rijnland
  • Maart 1938: Anschluss met Oostenrijk (Heim ins Reich)
  • Sep 1938: De Sudetenkwestie --> Conferentie van München.

Motieven voor de appeasementpolitiek?
  • Frankrijk en Engeland: Oorlog (zoals WOI) voorkomen + economie was zwak
  • VS: weigerde zich om met Europa te bemoeien

Slide 7 - Slide

Britse spotprent
Ondertitel: Stepping stones to Glory.

Tekst: ‘Spineless leaders of democracy’. Op de ruggen van links naar rechts: ‘Boss of the universe’, ‘Rhineland Fortification’, ‘Re-armament’

Slide 8 - Slide

Deze spotprent past bij het begrip appeasementpolitiek. Leg dit uit.

Slide 9 - Open question

3.2 Bezet Nederland

Slide 10 - Slide

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.
1
2
3
4
5
6
Februari-staking
Bombardement op Rotterdam
Dolle Dinsdag
Japan valt Nederlands-Indië binnen
Hongerwinter
Seyss Inquart rijkscommis-saris

Slide 11 - Drag question

Bron 1
Jongeren luisteren naar Radio Oranje in 1944

Slide 12 - Slide

Bij welke reactie op de Nederlandse bezetting past bron 1?
A
Actief verzet
B
Accommodatie
C
Collaboratie
D
Geen van allen

Slide 13 - Quiz

Bron 2

Slide 14 - Slide

Bij welke reactie op de Nederlandse bezetting past bron 2?
A
Actief verzet
B
Passief verzset
C
Collaboratie
D
Geen van allen

Slide 15 - Quiz

Bron 3
 'Henny en Truus aan het typen. Vrije Pers - Haarlem.'

*Vrije pers = een illegale krant tijdens de Duitse bezetting

Slide 16 - Slide

Bij welke reactie op de Nederlandse bezetting past bron 3?
A
Actief verzet
B
Passief verzet
C
Collaboratie
D
Geen van allen

Slide 17 - Quiz

In Nederland nam het verzet vanaf 1943 toe. Waarom?

Slide 18 - Open question

3.3 De Holocaust

Slide 19 - Slide

Deportatie
Antisemitisme
Kristallnacht
Rassenleer

Slide 20 - Drag question

De Nazi's namen veel discriminerende regels tegen de joden in Nederland. Zet de volgende regels in de juiste tijdsvolgorde. Begin met de regel die als eerste werd ingevoerd.
Alle joden moeten een gele ster op hun kleding dragen.
Joodse ambtenaren en leraren worden ontslagen.
Steeds meer joden worden opgepakt en naar concentratiekampen gebracht.
Veel openbare plaatsen zijn voortaan verboden voor joden.

Slide 21 - Drag question

In 1942 besloot de Nazitop dat alle Joden in vernietigingskampen vermoord moesten worden. Waarom nam de Nazitop dit besluit?

Slide 22 - Open question