Aardrijkskunde Koude gebieden introductieles

Wat heb je nodig voor deze les?
- Werkboek
- Wereldkaart
- Potlood
- Laptop met LessonUp
timer
2:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 8

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat heb je nodig voor deze les?
- Werkboek
- Wereldkaart
- Potlood
- Laptop met LessonUp
timer
2:00

Slide 1 - Slide

- Wat ziet deze man om zich heen?
- Wat hoort hij?
- Wat voelt hij?
- Waar zou dit thema over gaan?
timer
1:00

Slide 2 - Slide

Wat weet je al?

Teken op je landkaart de gebieden die behoren bij de koude gebieden.

Slide 3 - Slide

Wat is koud?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video


Wat groeit er in het poollandschap?
A
Struikjes
B
Bomen
C
Niets
D
Bloemen

Slide 6 - Quiz

In het filmpje ging het over toendra, wat is de toendra?
Je mag hiervoor Google gebruiken.
timer
3:00

Slide 7 - Open question

Taiga
- Grootste bos ter wereld
- Vooral naaldbomen
- Tot wel -50 graden celsius

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Is er verschil tussen de Noordpool en de Zuidpool? Wat is dat verschil?

Slide 10 - Open question

Noordpool (Artic)

- Bestaat uit bevroren water.
=
Zee-ijs.
- Ongeveer 4 miljoen mensen.
- -20 graden celsius



Zuidpool (Antarctica)

- Is land met een laag ijs er bovenop.
=
Landijs.
- -10 tot -50 graden celsius

Slide 11 - Slide

Hoe ziet dit verschil eruit?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Lezen

Slide 14 - Slide

Hoe heten de poolbewoners?
A
Koukleumers
B
Eskimo's
C
Warmbloedigen
D
Inuit

Slide 15 - Quiz

Wat is een inuit?
Je mag Google gebruiken.

Slide 16 - Open question

Maken
Maak vraag 2-6


timer
5:00

Slide 17 - Slide

Het waterpeil in welke bak is hoger geworden?
Hoe kan dat?
Je mag Google gebruiken.

Slide 18 - Open question


Het ijs in de bak smelt. Het ijs op de Noordpool en Zuidpool ook. Hoe komt dat?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide


Als wij kijken naar het smeltende ijs, wat kunnen wij doen om de smeltende ijskappen tegen te gaan?

Slide 21 - Open question