This lesson contains 51 slides, with text slides.
Ieder apparaat (en ook stroomdraad) heeft een weerstand.
De weerstand geven we de letter R en het symbool ohm
Geleidende materialen hebben een kleine (soortelijke) weerstand.
Isolatoren hebben een grote (soortelijke) weerstand.
Hier staat een voorbeeld van een weerstand.
Let op de ringen. Deze weerstand heeft vier ringen, er zijn ook weerstanden met vijf ringen.
De ringen hebben een betekenis welke een
codering is voor de grootte van de weerstand.
We hebben ring 1, 2 (en soms 3)
Daarnaast ring A en B
Dit is het uiteindelijke doel.
De actuator doet is wat nuttig is voor de gebruiker van de schakeling.
Denk aan het aanzetten van een lamp, een alarm, een verwarming, een koelkast, een motor.