Mens en omgeving Deel C+D

Werken bij mensen met een beperking
Samenvatting deel C+D
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

Werken bij mensen met een beperking
Samenvatting deel C+D

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Welk verband leg je aan bij een verstuiking?
A
steunverband
B
dekverband
C
rekverband
D
snelverband

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Video

Hoe lang moet je koelen als je een verstuikte enkel hebt?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Video

Dit is een:
A
Eerstegraads brandwond
B
Tweedegraads brandwond
C
Derdegraads brandwond

Slide 7 - Quiz

Dit is een:
A
Eerstegraads brandwond
B
Tweedegraads brandwond
C
Derdegraads brandwond

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Wat regelt de Arbowet?
Meerdere antwoorden zijn juist.
A
Gezondheidwe
B
Welzijn
C
Sfeer
D
Veiligheid

Slide 10 - Quiz

Welke wet gaat over veiligheid op het werk
A
Grondwet
B
ARBO wet
C
Gevarenwet
D
Milieuwet

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Vetten
- leveren energie 

Er zijn 2 soorten vetten
- verzadigde vetzuren: zitten vooral in dierlijke producten als vlees, volle melkproducten, eieren en vette vissoorten.
- onverzadigde vetzuren: zitten vooral in plantaardige producten als olie, mayonaise, chocolade en plantaardige margarine. 

Slide 13 - Slide

Eet dus:
  • onbewerke producten
  • zonder toegevoegde suiker of zout
  • mager; let vooral op verzadigd vet en suiker
  • gevarieerd

Slide 14 - Slide

Welke soort beperking hoort bij deze beschrijving?
Christa van twaalf jaar heeft een denkniveau van een zesjarige.
Willem communiceert met gebarentaal. 
Noah is spastich.
Emre heeft een blindegeleide hond. 
Doortje heeft het syndroom van Down.
Auditieve 
Motorische 
Verstandelijke 
Visueel 
Verstandelijke 

Slide 15 - Drag question

Blind / slechtziend
Doof / slechthorend
Lichamelijke beperking
Visuele beperking
Auditieve beperking
Fysieke beperking

Slide 16 - Drag question

Bij welke beperking heb je rolstoel nodig?
A
een auditieve beperking
B
een verstandelijke beperking
C
een motorische beperking
D
een visuele beperking

Slide 17 - Quiz

Een ander woord voor een lichamelijke beperking:
A
geestelijke beperking
B
chronische beperking
C
fysieke beperking
D
auditieve beperking

Slide 18 - Quiz

Ik heb een visuele beperking, dan heb ik een beperking van ….
A
spraak
B
gezichtsvermogen
C
beweging
D
sociaal

Slide 19 - Quiz

Voorbeelden ADL hulpmiddelen

Slide 20 - Slide

Wat is ADL?
A
Algemeen Dagelijkse Lichaamsverzorging
B
Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen
C
Activiteiten Dagelijks Leven
D
Algemeen Dagelijkse Leefactiviteiten

Slide 21 - Quiz

ADL hulpmiddelen zijn er om?
A
Kwaliteit van leven te geven
B
Afhankelijkheid te stimuleren
C
Zorgen voor minder belasting van de rug
D
Zorgen dat er minder mensen in de zorg nodig zijn

Slide 22 - Quiz

Wat is een juist voorbeeld van een ADL hulpmiddel?
A
aangepast bestek
B
handdoek
C
knopenhaak
D
wasmand

Slide 23 - Quiz

9. Op de foto zie je een tillift. Dit is een ADL hulpmiddel.
Hoe noem je dit ook wel?
A
tiltechniek
B
lifttechniek
C
transfertechniek

Slide 24 - Quiz

Domotica 

Slide 25 - Slide

Domotica betekent:
A
Robot
B
Automatisering in huis
C
Huishoudster
D
Zelfstandig

Slide 26 - Quiz

Wat is DOMOTICA??
A
Domotica is een computer voor elektrotechniek
B
Domotica is een spel op je telefoon.
C
Met Domotica kan ik op mijn schoen verschillende plaatjes maken
D
Domotica bestaat niet

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Video

Wat is een persoonsgebonden budget?

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Video

Waar staat 'GFT' voor?

Slide 31 - Open question