W2: Stelt de vpk diagnose en stelt het individuele plan van de zorgvrager op
W3: Voert interventies uit: O6 – Verlenen van midden tot hoog complexe zorg en O7 – Rapportage en overdracht (O staat voor oefenen)
W6: Organiseert en coördineert de zorgverlening van de zorgvragers: O3 – Het organiseren en coördineren van de zorgverlening (O staat voor oefenen)