15-09-21 Havo3

Aujourd'hui - Le 15 septembre 
vocabulaire 
Blok B - lire 
Faire exercices 8 et 9 ensemble
Lire le texte ensemble
Faire exercices 10 et 11


1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Aujourd'hui - Le 15 septembre 
vocabulaire 
Blok B - lire 
Faire exercices 8 et 9 ensemble
Lire le texte ensemble
Faire exercices 10 et 11


Slide 1 - Slide

Hoe vertaal je 'la réaction'?
A
de foto
B
het bericht
C
de reactie
D
het commentaar

Slide 2 - Quiz

Hoe vertaal je 'l'appli'
A
de sociale media
B
de app
C
de website
D
de mobiele telefoon

Slide 3 - Quiz

Hoe vertaal je 'le portable'?
A
de mobiele telefoon
B
het bericht
C
welkom
D
de foto

Slide 4 - Quiz

Hoe vertaal je 'les réseaux sociaux'?
A
de mobiele telefoon
B
de sociale media
C
de mensen
D
het hoofd

Slide 5 - Quiz

Hoe vertaal je 'les gens'
A
bijna
B
gebruiken
C
de tijd
D
de mensen

Slide 6 - Quiz

Hoe vertaal je 'le truc'?
A
het ding
B
het hoofd
C
de tijd
D
de mensen

Slide 7 - Quiz

Hoe vertaal je 'le temps'?
A
de mensen
B
het advies
C
de tijd
D
de reden

Slide 8 - Quiz

Hoe vertaal je 'oublier'?
A
stoppen
B
vergeten
C
geboren
D
makkelijk

Slide 9 - Quiz

Hoe vertaal je 'nouveau/nouvelle'?
A
nieuw
B
eerste
C
oud
D
goed

Slide 10 - Quiz

Hoe vertaal je 'le conseil'?
A
de reden
B
de tand
C
opletten
D
het advies

Slide 11 - Quiz

Hoe vertaal je 'la raison'?
A
de tand
B
het goud
C
de reden
D
het advies

Slide 12 - Quiz

Hoe vertaal je 'faire attention à'?
A
opletten
B
dowloaden
C
bewaren
D
laten zien

Slide 13 - Quiz

Hoe vertaal je 'garder'?
A
herstellen
B
bewaren
C
geboren
D
stoppen

Slide 14 - Quiz

Leesstrategieën 
Oriënterend lezen
Bekijk snel de titel, de tussenkopjes, de bron, de lengte van de tekst. 
Lees globaal de inhoudsopgave.
Bekijk de illustraties/tabellen/grafieken.
Bekijk de opmaak van de tekst.
Globaal lezen:
Lees de eerste en de laatste zin van elke alinea.
Bepaal voor iedere alinea de hoofdgedachte (kernzin).

Slide 15 - Slide

Prononciation (uitspraak)
  • Spreek géén S of T uit aan het einde van een woord.
  • é spreek je uit als: been
  • è spreek je uit als: net
  • e spreek je uit als: uh
  • neusklanken: 'un bon vin blanc'

Slide 16 - Slide