H2 havo 3 H3A 23 nov 2021

Chapitre 2

Hors de prix

1 / 36

Slide 1: Slide

FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Chapitre 2

Hors de prix

Slide 1 - Slide

Prends ton stylo!

Dictée voc. B

Slide 2 - Slide

Dictée

* 5 Franse zinnen en woordjes: vertaal

* 5 Nederlandse zinnen en woordjes: vertaal

Slide 3 - Slide

Dictée chapitre 1 : B

1. Retirer.

2. Dire.

3. Avoir besoin de...

4. Ma soeur passe l'aspirateur.

5. Oui, je fais beaucoup des économies pour acheter une tablette.

Slide 4 - Slide

Dictée chapitre 1: B

6. Zakgeld.

7. Uitgeven.

8. Goedkoop.

9. Spaar je?

10. Ik koop vooral videospelletjes.

Slide 5 - Slide

Doel van de "dictées"

1. Regelmatig leren vergroot kennis van de woordenschat.

2. De kennis komt in het lange termijn geheugen.

3. De schrijfwijze wordt juist geoefend.

4. De uitspraak wordt geoefend.

5. Bewustwording van het verband tussen grammatica en zinsstructuren.

6. Feedback vergroot inzicht door fouten te bekijken.

Slide 6 - Slide

Dictée chapitre 1 : B

1. Geld pinnen.

2. Zeggen.

3. Nodig hebben....

4. Mijn zus stofzuigt.

5. Ja, ik spaar om een tablet te kopen.

Slide 7 - Slide

Dictée chapitre 1: B

6. L'argent de poche.

7. Dépenser.

8. Bon marché.

9. Tu fais des économies?

10. J'achète surtout des jeux vidéos.

Slide 8 - Slide

Sur la table....

* TES LIVRES: Livre de textes et livre d'exercice A

* TON CAHIER

* TA TROUSSE

*TON ORDINATEUR

Slide 9 - Slide

Prends ton ordinateur!

Cherche LessonUp!

Slide 10 - Slide

Prends tes livres!

Livre de textes:

page 22

Livre d'exercices A

page 49

page 82 et 83 (voc. B)

Slide 11 - Slide

Questions!

1. Quel est le sujet de ce chapitre?

2. Quels sont les buts?

Slide 12 - Slide

Réponses!

1. Quel est le sujet de ce chapitre?

* L'argent, économiser, dépenser, travailler, le travail, les prix, les riches.

* Hoe vertel je/vraag je naar de besteding van (zak)geld?

2. Quels sont les buts?

* Het gebruik van het lijdend voorwerp om te vertellen over wat je koopt.

Ik koop de leuke schoenen= ik koop ze= je les achète.

* De passé composé om te vertellen wat je hebt gekocht.

Slide 13 - Slide

Planning d'aujourd'hui

* Quelques questions: LessonUp

* Parler français : zie digibord en LessonUp

* Voc. B : page 82 et 83

* Opdracht A : luisteropdracht afmaken

* Opdracht B : tekst

Livre de textes : page 22 /23

Livre d'exercices : page 49 /52

Slide 14 - Slide

Résumé

L'argent: mon petit budget!

Alsace

L'argent de poche

le pronom personnel (lijdend vw)

le verbe: venir

décrire un object / couleur

le passé composé

Slide 15 - Slide

Alsace en France.

Slide 16 - Slide

La petite France en Alsace

Slide 17 - Slide

Europees Parlement

Slide 18 - Slide

Spécialités d'Alsace.

Slide 19 - Slide

Choucroute est une spécialité d'Alsace...

Slide 20 - Slide

Quelques questions:

Beantwoord de volgende 2 vragen in het Frans!

Slide 21 - Slide

Combien de l'argent de poche tu reçois par mois?

Slide 22 - Mind map

Comment est-ce que tu dépenses ton argent?

Slide 23 - Mind map

Parler français!

Slide 24 - Slide

Parler français

Hoe vraag je:

* Krijg je zakgeld?

* Wat doe je met je zakgeld? * Spaar je?

Hoe zeg je:

* Mijn ouders geven mij .... / ik krijg .....

* Ik koop .....

* Ja, ik spaar voor ..... / Nee, ik spaar niet.....

Slide 25 - Slide

Tu reçois de l'argent de poche?

Oui, mes parents me donnent 20 euros par mois!

Slide 26 - Slide

Que fais-tu de ton argent (de poche)?

J'achète surtout des jeux vidéo.

Slide 27 - Slide

Tu fais des économies?

Oui, je fais des économies pour une tablette.

Slide 28 - Slide

Qu'est-ce que tu as achté recemment?

Je viens d'acheter un nouveau vtt.

Slide 29 - Slide

Ça a coûté combien?

Ça a coûté 175 euros.

C'est cher!

Slide 30 - Slide

Un hobby!

Combien ça coûte?

Est-ce que c'est cher, un hobby?

Faire du shopping

Faire du sport

Faire de la photografie

Faire de la musique

Faire de la danse

Slide 31 - Slide

Prends tes livres!

Livre de textes:

page 22

Livre d'exercices A

page 49

page 82 et 83 (voc. B)

Slide 32 - Slide

Prononciation voc. B

Page 82 et 83 livre d'exercice

Slide 33 - Slide

Au travail

Wat : Maak opdracht A van blz. 49 en 50 wb (zie blz. 22 tekstboek)

Hoe : Maak opdrachten 4 d en vervolg stukje 4 g eventueel 6a

Wie : Samen met docent

Tijd : 15 minuten

Resultaat : Samen bespreken.

Slide 34 - Slide

Les devoirs:

Leren voc. B (formatief dictée)

Maken B: opdracht 8 a b c d 9 b c 10 a b en 11 a

Slide 35 - Slide