09-04-2020 Taal, spelling A1

Doel van deze les
Hoofdletters en leestekens

- je weet wanneer je hoofdletters gebruikt.
- je kan punten, vraagtekens en uitroeptekens gebruiken.
Tip van de juf
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Doel van deze les
Hoofdletters en leestekens

- je weet wanneer je hoofdletters gebruikt.
- je kan punten, vraagtekens en uitroeptekens gebruiken.
Tip van de juf

Slide 1 - Slide

Waarom gebruiken we
hoofdletters en leestekens?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Om welke 5 leestekens gaat
het filmpje?
A
! : , * -
B
! : + , .
C
. ? ! : ,
D
. ? ! } /

Slide 5 - Quiz

Wanneer gebruik ik dan wat?
.    een gewone zin
?   een vraag
!   een uitroep of een bevel (iets dat je moet doen)
:   voor een opsomming
,   in een opsomming of bij een rust / pauze

Slide 6 - Slide

Maak een zin, die eindigt met een punt

Slide 7 - Open question

Maak een zin met een uitroepreken

Slide 8 - Open question

Maak een zin met een vraagteken

Slide 9 - Open question

Een opsomming ... wat is dat?
In een opsomming noem je meerdere dingen achter elkaar op.

Bijvoorbeeld:
Je hebt nodig: een ei, een beetje boter en wat suiker.

Slide 10 - Slide

Welke zin is juist? (goed)
A
Ruim je kamer op!
B
Ruim je kamer op?
C
Ruim je kamer op:
D
Ruim je kamer op,

Slide 11 - Quiz

Hoofdletters

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Wanneer gebruik je hoofdletters?

1-  aan het begin van een zin
2-  als iemand een zin gezegd heeft
3-  bij personen en dieren
4-  bij namen van plaatsen, rivieren en straten
5-  bij een bedrijf, merk of organisatie
6-  bij talen en feesten

Slide 14 - Slide

Maak 5 zinnen: een stad, een persoon,
een dier, een merk en een straat.

Slide 15 - Open question

Een kort verhaaltje van 10 zinnen.

Slide 16 - Open question

Kijk op de volgende slide naar de clip....

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Kende je dit lied al?
A
B
C
D

Slide 19 - Quiz

Waar gaat dit lied over?
Probeer mooie lange zinnen te maken.

Slide 20 - Open question

In een volgende les gaan we hier mee verder....

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Typ hieronder wat je nog zou willen leren als het gaat om spelling....

Slide 23 - Open question

Klaar? Goed gewerkt!
Ik zie jullie volgende week weer!

Slide 24 - Slide