geweldloze communicatie

  Communicatie en weerbaarheid
Maandag 17 februari 2025

1 / 23
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

  Communicatie en weerbaarheid
Maandag 17 februari 2025

Slide 1 - Slide

Lesdoel: 
Aan het einde van de les ken je de stappen van Geweldloze Communicatie

Slide 2 - Slide

Heb jij wel eens een ruzie gehad? 

En hoe los jij een ruzie op?

Slide 3 - Slide

Wat is geweldloze communicatie
Geweldloze Communicatie wordt ook wel ‘Verbindende Communicatie’ genoemd, als verwijzing naar de intentie: het gaat om een verbinding waarbij ieders behoefte erkend wordt.

Slide 4 - Slide

Wie is Marshall B. Rosenberg?

Marshall B. Rosenberg (°1934), een Amerikaans klinisch psycholoog, was de grondlegger van het gedachtengoed van Nonviolent Communication, Geweldloze Communicatie.
Hij zocht in verschillende culturen naar een manier om in contact/verbinding te blijven met onze natuurlijke meedogende of liefdevolle staat om ook in uitdagende omstandigheden compassievol te blijven.
Rosenberg wilde de oorzaken van geweld onderzoeken en wat er kon gedaan worden om geweld te verminderen. Rosenberg ontwikkelde een model (zie: ‘Wat is geweldloze communicatie?’).

Slide 5 - Slide

Geweldloze Communicatie richt zich op:
Waarneming: wat we zuiver waarnemen (niet hoe we daarover oordelen)

Gevoel: hoe we ons voelen bij die waarneming (niet hoe we erover denken)

Behoefte: als basis van wat we voelen (verantwoordelijkheid nemen)

Verzoek: concrete actie voorstellen om het leven te verrijken (geen eis)


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Wat??
Het is belangrijk dat je gevoelens en behoeften kunt herkennen en deze benoemen. Zowel die van jezelf en die van de ander.

Slide 8 - Slide

Welke gevoelens ken jij?

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

welke behoeftes ken jij?

Slide 12 - Mind map

Slide 13 - Slide

De stappen van GC
  1. De waarneming; Wat zie/hoor ik nu 
  2. Jouw gevoelens; wat doet dat met jou
  3. Behoeften: aan zekerheid, erkenning, verbondenheid, autonomie, rechtvaardigheid.
  4. Het verzoek; wat wil je van de ander?

Slide 14 - Slide

waarneming
In de waarneming neem je waar wat je ziet en hoort. Geweldloos communiceren betekent dat je hier geen interpretaties aan toevoegt. 

Je zegt dus precies wat je ziet. Bijvoorbeeld: “Ik zag dat je vanochtend een uur te laat binnen kwam.” In plaats van: “Je bent altijd te laat, volgens mij heb jij nooit zin om te werken.”

Slide 15 - Slide

gevoelens
Hier beschrijf je wat jij in deze situatie voelt. 

Geweldloos betekent dat je dit niet verbindt met het gedrag van de ander. Bijvoorbeeld: “Ik voel me niet serieus genomen.” In plaats van: “Ik voel dat jij je afspraken nooit na komt.”

Slide 16 - Slide

behoeften
Het hebben van positieve of negatieve gevoelens wordt veroorzaakt door het wel of niet vervullen van jouw behoeften. 

Geweldloos communiceren betekent dat je beseft dat jouw eigen behoefte de oorzaak is van jouw gevoel en niet het gedrag van de ander.

Slide 17 - Slide

verzoek
Als laatste formuleer je wat je graag zou willen. 

Een verzoek is een positieve boodschap aan de ander. Positief betekent dat je aangeeft wat je wilt in plaats van wat je niet wilt.

Slide 18 - Slide

de giraf
De giraf is het zoogdier met het grootste hart. De giraf is sterk en vreedzaam, daarom staat dit dier voor geweldloze communicatie

Slide 19 - Slide

de jakhals
De giraf is het zoogdier met het grootste hart. De giraf is sterk en vreedzaam, daarom staat dit dier voor geweldloze communicatie

Slide 20 - Slide

de giraf
‘Wanneer ik een week niks van je hoor, dan voel ik mij ongerust.'
 ‘Je begint met praten, terwijl ik nog iets wilde zeggen’.
 ‘Ik heb behoefte aan erkenning voor mijn expertise en inzet’. 
de jakhals
‘Jij laat niks van je horen.’


 ‘Je onderbreekt me nu al voor de tweede keer’.
‘De enige beloning die ik hier ontvang is mijn salaris’.

Slide 21 - Slide

Wat vind jij belangrijk in een gesprek?

 Schrijf op de post-it en plak op het bord.

Slide 22 - Slide

Zijn er vragen?

Slide 23 - Slide