Les 2 Doel en hoofdgedachte

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Oefeningen om je woordenschat uit te breiden 😎
  • Leerdoel: Doel en hoofdgedachte
  • Voorkennis ophalen Doel en hoofdgedachte

Slide 2 - Slide

Wat betekent alinea?
A
Stukje tekst dat begint met en eindigt bij een nieuwe regel
B
Is een opsomming van losse woorden
C
Is een zin met meer dan tien woorden
D
Is een tekst die altijd begint met een cijfer of opsommingsteken

Slide 3 - Quiz

Wat betekent argument?
A
Is geen soort voedsel of maaltijd
B
Goede reden
C
Is een specifieke waarde in een formule
D
Meningsverschil

Slide 4 - Quiz

Wat betekent beschouwen?
A
Iets snel beoordelen zonder erover na te denken
B
Het kopen van iets
C
Negatief denken over iets
D
Bekijken, denken over

Slide 5 - Quiz

Wat betekent bron?
A
Een type plant
B
Vindplaats van informatie
C
Een soort persoon die werkt in de media
D
Een soort waterfilter

Slide 6 - Quiz

Wat betekent centraal?
A
In het midden gelegen
B
Ver buiten het middelpunt
C
Onveranderlijk
D
Afhankelijk van anderen

Slide 7 - Quiz

1.2 Doel en hoofdgedachte
Hoe waardevol is de informatie voor jou?

Slide 8 - Slide

Tekstdoelen

Slide 9 - Slide

Wat is het tekstdoel:
Ingezonden brief waarin wordt gepleit voor een prijsverlaging bij de kapper.
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Mening vormen

Slide 10 - Quiz

Wat is het tekstdoel:
Blog op een website met de ervaringen over verschillende kapsalons in Roosendaal.
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Mening vormen

Slide 11 - Quiz

Wat weet je al over
onderwerp en hoofdgedachte?

Slide 12 - Mind map

De hoofdgedachte
- Is de kortst mogelijke samenvatting van de tekst in één zin.
- Vind je vaak aan het begin van de tekst.
- Vind je bij langere artikelen meestal in het slot van de tekst.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video


hoofdgedachte?
A
Rijschoolhouders zouden standaard een cursus ‘auto te water’ moeten aanbieden.
B
Tijdens rijlessen is er geen aandacht voor hoe je jezelf bevrijdt uit een auto die te water raakt.
C
Veilig Verkeer Nederland steunt het plan om standaard een cursus ‘auto te water’ aan te bieden.
D
Volgens Veilig Verkeer Nederland weten automobilisten niet wat ze moeten doen als hun auto te water raakt.

Slide 15 - Quiz


Wat is de hoofdgedachte?
A
Twee scholen in de Randstad verbieden leerlingen examen te doen
B
Een school mag een leerling adviseren af te zien van examen
C
Vijf leerlingen meldden zich de afgelopen maand bij het LAKS
D
Om een hoog slagingspercentage te garanderen, weigeren scholen leerlingen met slechte cijfers examen te laten doen.

Slide 16 - Quiz

Onderwerp en hoofdgedachte:
Wat kan géén hoofdgedachte zijn?
A
Jongetje stoot beeld van 4.000 euro om en moet betalen.
B
Honden troosten kinderen na aanslag in VS.
C
Doden door stortbuien in China
D
Een kangoeroe huppelt door een weiland op Texel.

Slide 17 - Quiz


Wat is de hoofdgedachte?
De hoofdgedachte = ?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
D
De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Slide 18 - Quiz

Zeg in één of een paar woorden waar de tekst over gaat.
Bijvoorbeeld: ontwikkelingen in de kappersbranche
Wat wil de maker van mij?
Kijk naar titel, begin, tussenkopjes, 1e en laatste alinea.
Bijvoorbeeld: informeren over ontwikkelingen in de kappersbranche
Eén zin die de lezer/luisteraar absoluut moet onthouden. Deze vind je vaak in het begin. 
Bijvoorbeeld: Permanenten komt helemaal terug. 
Onderwerp
Tekstdoel
Hoofdgedachte

Slide 19 - Drag question

Aan de slag!
Maak alle opdrachten onder Lezen, Luisteren, Kijken in NuNederlands: 

H1.2 Doel en hoofdgedachte. 

Let op, ik bekijk alle antwoorden 😉



Slide 20 - Slide