4. Will/shall + hele werkwoord- Bij een spontaan aanbod, een belofte, een voorstel of een verzoek. (Shall voor vragende zinnen).
"Shall I help you with your bags?"
"We will rock you."
- Bij een plan dat tijdens het gesprek ontstaat
"We'll get you some flowers, okay?"
- bij een voorspelling die gebaseerd is op een mening
"We won't lose this match, I'm sure of it!"
- bij feiten
"It will be a full moon tonight."
- Bij onzekerheid over de toekomst (vaak met: I think of probably)
"I think I’ll stay in today"
"