a/ä-Wechsel oefenen

• Duits
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

a/ä-Wechsel

Verandering van klank en schrijfwijze

Wat is het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord?

Sterk werkwoord

Zwak werkwoord

arbeiten

tragen

verdienen

slapen

spielen

fallen

Wanneer treed er een verandering op? Bij de ...

1. ich-, du-, er-vorm
2. du-, er-, sie-, es-vorm
3. er- ,sie-, es- vorm
4. tweede- en derde- persoon enkelvoud

Man trägt oft Lederhosen auf dem Bierfest in München.

Wer trägt dann die Lederhosen?

Niveau 1 

sterke werkwoorden invullen

Morgen ... ich das Auto.

1. wasche
2. wäsche
3. wasch
4. wäsch

Robert ... oft in das Ausland.

1. fährt
2. fahrt
3. fährst
4. fahrst

Wie ... dir diese Beruf?

1. gefallt
2. gefällst
3. gefällt
4. gefallst

... ihr mich meinen Job machen?!

1. lasst
2. lässt
3. lassen
4. lässen

Niveau 2 

sterke en zwakke werkwoorden 

(schlafen) Annika ... schon zwei Stunden.

(tragen) ... du oft T-Shirts?

(machen) ...du ein Praktikum?

(schlafen) Lisa ... am Wochenende aus

(wandern) Doris ... sehr gerne in den Bergen

(laufen) Ihr ... mindestens fünf Kilometer zur Schule?!

Feedback en feed-up!

Ik begrijp dit niet, ik heb hulp nodig

Ik begrijp dit een beetje, maar kan dit nog niet toepassen

Ik begrijp dit en kan dit redelijk toepassen

Ik weet dit, ik kan dit...ich bin superintelligent!