Havo 5 Nectar 12.3

Biologie
Paragraaf 12.3
1 / 49
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Biologie
Paragraaf 12.3

Slide 1 - Slide

Deze periode (SE3)

Slide 2 - Slide

Deze periode (SE3)

Slide 3 - Slide

Deze periode (SE3)

Slide 4 - Slide

Waartegen werkt antibiotica?

A
Alle ziekteverwekkers
B
Bacteriën en virussen
C
Alleen virussen
D
Alleen bacteriën

Slide 5 - Quiz

Wat is resistentie tegen antibiotica?
A
Het ongevoelig worden van je lichaam voor een ziekteverwekker
B
Het ongevoelig worden van je lichaam voor antibiotica
C
Je lichaam produceert antistoffen tegen een bepaalde ziekteverwekker
D
Het ongevoelig worden van een ziekteverwekker voor bepaalde antibiotica

Slide 6 - Quiz

Leerdoelen 12.2

Slide 7 - Slide

Leerdoelen 12.3

Slide 8 - Slide

Specifieke (verworven) afweer 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Specifieke afweer 
B-cellen:
  • maken antistoffen specifiek tegen 1 antigen van ziekteverwekker
  • geheugencellen

T-cellen:
  • helpt de B-cel
  • kan besmette en afwijkende cellen vernietigen
  • geheugencellen

Slide 12 - Slide

Antistoffen

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Slide

BiNaS 84L

Slide 22 - Slide

Immuniteit
1. Besmetting met ziekteverwekker

-> Actief
-> Natuurlijk



Slide 23 - Slide

Immuniteit
2. Vaccinatie met antigenen 

-> Actief
-> Kunstmatig

Slide 24 - Slide

Immuniteit
3. Injectie met antistoffen

-> Passief
-> Kunstmatig


 

Slide 25 - Slide

Immuniteit
4. Borstvoeding

-> Passief
-> Natuurlijk



Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Slide

Vaccins

Slide 29 - Slide

Vaccins

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Immuniteit

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

BiNaS 84L

Slide 37 - Slide

Hoe heten de uitsteeksel aan de buitenkant van een virus waar het immuunsysteem op reageert?
A
Antistoffen
B
Fagocyten
C
Antigenen
D
Immuniteit

Slide 38 - Quiz

Waaruit bestaat een vaccin?

A
Antigenen
B
Virus
C
Antistoffen
D
Bacterie

Slide 39 - Quiz

Antistoffen vanuit de moedermelk krijgen is een voorbeeld van:
A
Kunstmatige passieve immuniteit
B
Kunstmatige actieve immuniteit
C
Natuurlijke passieve immuniteit
D
Natuurlijke actieve immuniteit

Slide 40 - Quiz

Vaccineren is een voorbeeld van
A
Kunstmatige passieve immuniteit
B
Kunstmatige actieve immuniteit
C
Natuurlijke passieve immuniteit
D
Natuurlijke actieve immuniteit

Slide 41 - Quiz

Het toedienen van antiresus (antilichamen tegen resus-eiwitten) bij de moeder is een vorm van ...
A
Kunstmatige passieve immuniteit
B
Kunstmatige actieve immuniteit
C
Natuurlijke passieve immuniteit
D
Natuurlijke actieve immuniteit

Slide 42 - Quiz

Als je het COVID-19 doormaakt en beter wordt dan is dat een vorm van....
A
Kunstmatige passieve immuniteit
B
Kunstmatige actieve immuniteit
C
Natuurlijke passieve immuniteit
D
Natuurlijke actieve immuniteit

Slide 43 - Quiz

Wat is een voorbeeld van kunstmatige passieve immuniteit
A
vaccinatie
B
serum toedienen
C
een ziekte doormaken
D
borstvoeding

Slide 44 - Quiz

Gebruik BiNaS 84J3
Aangeboren 
(niet-specifieke) afweer
Verworven 
(specifieke) afweer
Huid
Koorts
Macrofagen
Fagocyten
Antistoffen
T-cellen
B-cellen
Geheugencellen
Lysozymen

Slide 45 - Drag question

Welke vorm van afweer wordt pas na de geboorte opgebouwd?
A
Aspecifieke afweer
B
Specifieke afweer
C
Mechanische afweer
D
Chemische afweer

Slide 46 - Quiz

Macrofagen (fagocyten) verteren lichaamsvreemde bacteriën in het bloed.
Welke vorm van afweer is dit?
A
Aspecifieke afweer
B
Specifieke afweer

Slide 47 - Quiz

Leerdoelen 12.3

Slide 48 - Slide

Aan het werk


    • Lezen 12.4 (5 min!)
    • Maken 12.3: opdracht 32-35, 37-39, 41, 42  + extra BiNaS vragen

    Slide 49 - Slide