What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Talent - VMBO BK 1 - 2.8 Spelling
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
TALENT - 2.8 SPELLING
Leerdoelen:
Je weet hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt.
Je weet hoe je een komma gebruikt.
Je kent acht dicteewoorden.
Slide 2 - Slide
PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD
De persoonsvorm ziet er in de tegenwoordige tijd zo uit:
enkelvoud stam
ik loop
loop ik
loop jij?
De
ik-vorm
noemen we
de stam
van het werkwoord.
EV
Slide 3 - Slide
PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD
De persoonsvorm ziet er in de tegenwoordige tijd zo uit:
enkelvoud stam + t
jij/u loopt
hij/zij loopt
het loopt
EV
Slide 4 - Slide
PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD
Meervoud hele werkwoord
wij lopen
jullie lopen
zij lopen
mv
Slide 5 - Slide
EVEN OEFENEN
Daar gaan we...
Slide 6 - Slide
Mijn broer (kleden) ..... zich aan.
A
kleed
B
kleedt
C
kleette
D
kleedde
Slide 7 - Quiz
Hij (fietsen) ...... naar huis.
A
fietst
B
fietsde
C
fietste
D
fietsten
Slide 8 - Quiz
Het publiek ............ voor het doelpunt.
A
juigd
B
juichd
C
juigt
D
juicht
Slide 9 - Quiz
Flip ............ eerste bij de wedstrijd.
A
wort
B
word
C
wordt
D
woord
Slide 10 - Quiz
Hij (antwoorden) ..... snel.
A
antwoord
B
antwoordt
C
antwoordte
D
antwoortte
Slide 11 - Quiz
Boris ........... een nieuwe televisie
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
heefdt
Slide 12 - Quiz
Ik ........... dat niet leuk.
A
vint
B
vind
C
vindt
D
vond
Slide 13 - Quiz
Ella ........... op haar paard.
A
rijt
B
rijd
C
rijdt
D
reed
Slide 14 - Quiz
Jij ........... allemaal rondjes
A
draait
B
draaid
C
draaidt
D
draaide
Slide 15 - Quiz
Jij ............. nooit het goede antwoord.
A
raad
B
raadt
C
raat
D
raatd
Slide 16 - Quiz
LEESTEKENS: DE KOMMA
Leestekens en hoofdletters helpen je bij het lezen van een tekst.
Deze leestekens ken je al: punt, vraagtekens, uitroepteken.
Ze staan aan het einde van een zin.
Slide 17 - Slide
LEESTEKENS: DE KOMMA
De
komma
is een
leesteken
dat in een zin staat.
De komma is een korte pauze in een zin.
Slide 18 - Slide
LEESTEKENS: DE KOMMA
Je gebruikt een komma:
Tussen de delen van een opsomming
Bijvoorbeeld: Op tafel liggen mijn boeken, mijn mobiele telefoon en mijn sleutels.
Slide 19 - Slide
LEESTEKENS: DE KOMMA
Je gebruikt een komma:
vóór woorden zoals
want, maar en omdat.
Bijvoorbeeld: Ik vind wiskunde leuk, want we hebben een grappige leraar.
Slide 20 - Slide
AAN DE SLAG
Zelfstandig werken:
Opdracht 1 t/m 12
Bladzijde 115 t/m 120
SUCCES!
Slide 21 - Slide
More lessons like this
2.8 Talent - VMBO BK 1 - 2.8 Spelling
November 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
2.8 Talent - VMBO BK 1 - 2.8 Spelling
5 days ago
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
Talent - VMBO BK 1 - 2.8 Spelling
September 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
1.8 Talent spelling 2
November 2024
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
1.8 Talent spelling 3
November 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
Spelling pvtt, pvvt, vd mavo 2
November 2024
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1,2
T2L9: Supertalenten
February 2023
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Lager onderwijs
1.8 Spelling - Talent
October 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2