3.1 Energie uit brandstoffen

• Natuurkunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

3.1

Energie uit brandstoffen

Wat is geen voorbeeld van een fossiele brandstof?

1. aardgas
2. aardolie
3. zonne-energie
4. steenkool

De drie belangrijkste toepassingen van brandstoffen:

1. Verwarming van gebouwen
2. Wegvervoer en vliegverkeer
3. Opwekking van elektriciteit

Waarom staat een elektriciteitscentrale vaak in de buurt van een rivier?

1. vanwege de mooie omgeving
2. om voldoende koelwater te hebben
3. om het warme water te kunnen lozen
4. omdat daar genoeg plaats is

ENERGIESTROOMDIAGRAM

Energiestroomdiagram:

Aan de linkerkant staat de energiesoort die er in gaat, aan de rechterkant de energiesoorten die eruit komen.

Chemische energie

100 %

Elektrische energie 40%

Afvalwarmte 60%

Voorvoegsels bij eenheden: vaardigheid 10 (blz. 179)

Voorvoegsels

h = hecto = 10² = 100

k = kilo = 10³ = 1.000

M = mega = 10⁶ = 1.000.000

G = giga = 10⁹ = 1.000.000.000

1, 5 kJ = .... J

Neem over en reken uit:

3,2 kJ = .... J

0,6 MJ = ......J

4500 J = .....kJ

63.000.000 J = ....MJ

1 GJ = ..... MJ

De verbrandingswarmte van een stof geeft aan hoeveel energie er vrij komt als je een bepaalde hoeveelheid van de stof verbrandt. 

Voorbeeld

Benzine heeft een verbrandingswarmte van 33 MJ/L. Als je 5 L benzine verbrandt, komt er 5 x 33 MJ = 165 MJ energie vrij.

Fossiele brandstoffen

Welke is geen fossiele brandstof

1. Aardolie
2. Aardgas
3. Kernenergie
4. Steenkool

wat is de eenheid van energie

1. Newton
2. Watt
3. Joule
4. Kelvin

1 MJ = .......... J

1. 1 000 000 J
2. 1 000 000 000 J
3. 1 000 J
4. 10 J

Maken:

lezen 3.1 

maken 1 t/m 10

Niet af? Huiswerk voor vrijdag 30 november!

Wat heb je geleerd?