Les 7.3 - observatiemethoden

1 / 26
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat betekent methodisch observeren?

Slide 4 - Open question

Welke stap hoort er NIET bij?
A
vraagstelling
B
rapporteren
C
achtergrondgegevens
D
aanleiding observatie

Slide 5 - Quiz

Zijn de volgende observatievragen goed of fout geformuleerd?

Slide 6 - Slide

Wat is de reden dat K. andere kinderen slaat?
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

Hoe vaak speelt K.?
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quiz

Waarom speelt K. in de poppenhoek?
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

Theorie paragraaf 7.3/8.3

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Welke methode gebruik je bij de volgende observatievraag:

Hoe vaak loopt D. tijdens de kring van de stoel?
A
kwalitatief
B
kwantitatief

Slide 22 - Quiz

Hoe reageert S. als andere kinderen met haar praten tijdens het spelen?
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quiz

Welke methode hoort NIET bij kwalitatief observeren?
A
tijdsteekproef
B
intervalobservatie
C
logboek

Slide 24 - Quiz

Als je wilt weten hoe dingen verlopen, dan ben je bezig met ...
A
kwalitatief observeren
B
kwantitatief observeren

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide