2VE: Wederkerende en wederkerige voornaamwoorden

2VE: 

Wederkerende en 
wederkerige 
 voornaam-woorden
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

2VE: 

Wederkerende en 
wederkerige 
 voornaam-woorden

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Kwartiertje lezen
Uitleg wederkerige en wederkerende voornaamwoorden
Werken met telwoorden
Lekker aan de slag

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Elkaar
Elkander
Mekaar

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wij verbazen ons daar niet meer over. Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Wij
B
Ons
C
Wederkerend
D
Wederkerig

Slide 6 - Quiz

Zij hadden elkander zo lief.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Zij
B
Elkander
C
Wederkerend
D
Wederkerig

Slide 7 - Quiz

Hij verveelt zich regelmatig tijdens de les.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Zich
B
Hij
C
Wederkerig
D
Wederkerend

Slide 8 - Quiz

Ik irriteer me aan dat harde geluid.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Me
B
Wederkerend
C
Wederkerig
D
Deze zin is fout

Slide 9 - Quiz

De datingsite brengt eenzame mensen bij mekaar.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Eenzame mensen
B
Mekaar
C
Wederkerig
D
Wederkerend

Slide 10 - Quiz

Ik heb me vergist in de mogelijkheden van dit apparaat.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Ik
B
Me
C
Wederkerend
D
Wederkerig

Slide 11 - Quiz

Ik besef me dat ik veel te laat ben vertrokken.
Wat is het vnw en is dit wkerend of wkerig?
A
Me
B
Ik
C
Wederkerend
D
Deze zin is fout

Slide 12 - Quiz

Aan de slag

Slide 13 - Slide