Herhaling Grammatik

Herhaling Grammatik
- zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
- persoonlijke voornaamwoorden
- haben en sein
- werkwoorden tegenwoordige tijd
1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling Grammatik
- zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
- persoonlijke voornaamwoorden
- haben en sein
- werkwoorden tegenwoordige tijd

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

ik = ich
jij = du
hij = er
zij = sie
het = es
wij = wir
jullie = ihr
zij = sie
u = Sie

Slide 5 - Slide

er, sie, es
Das ist Peter. Er is mein Freund.
Kennst du die Frau? Sie ist meine Oma.
Wie alt ist das Kind? Es ist zwei Jahre alt.
Das sind Herr und Frau Müller. Sie wohnen hier.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Aan de slag met:
Alle opdrachten van het Grammatik blad.
Aan het einde van de les, zet ik de antwoorden in Teams.
De volgende les laptop en boek mee, we beginnen dan met hoofdstuk 4.

Slide 10 - Slide

Aan de slag met:
Bladzijde 1: het lidwoord
Bladzijde 2: persoonlijke voornaamwoorden
Bladzijde 3: haben und sein opdr 1
Schrijf je naam op bladzijde 1 en aan het einde van de les lever je de blaadjes weer in

Slide 11 - Slide

Samen nakijken:
Bladzijde 1: het lidwoord
Bladzijde 2: persoonlijke voornaamwoorden
Bladzijde 3: haben und sein opdr 1

Uitleg over de werkwoorden tegenwoordige tijd

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Samen nakijken:
Bladzijde 1: het lidwoord
Bladzijde 2: persoonlijke voornaamwoorden
Bladzijde 3: haben und sein opdr 1

Uitleg over de werkwoorden tegenwoordige tijd

Slide 16 - Slide

Aan de slag met:
Bladzijde 3: haben und sein opdr 2,3,4,5
Bladzijde 4: werkwoorden in de tegenwoordige tijd


Slide 17 - Slide