8.4 en 8.5 duurzaamheid

Inhoud les
Herhaling  over de stikstof(N)kringloop 8.3
oefeningen
Uitleg populatiegrootte en duurzaamheid 8.4 en 8.5
oefeningen

Huiswerk: 8.2 en 8.3 zijn af 
(weektaak deze week is 8.4 en 8.5)




1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Inhoud les
Herhaling  over de stikstof(N)kringloop 8.3
oefeningen
Uitleg populatiegrootte en duurzaamheid 8.4 en 8.5
oefeningen

Huiswerk: 8.2 en 8.3 zijn af 
(weektaak deze week is 8.4 en 8.5)




Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Welke organismen uit de stikstofkringloop worden juist onder zuurstofloze omstandigheden heel actief?
A
nitrificerende bacteriën
B
denitrificerende bacteriën
C
ammonificerende bacteriën
D
knolletjesbacteriën in de wortels van vlinderbloemigen

Slide 5 - Quiz

Wat neemt de plant op van de stikstofkringloop?
A
Nitriet
B
Water
C
Glucose
D
Nitraat

Slide 6 - Quiz

Hoe kan 'N' verdwijnen uit de stikstofkringloop?
A
planten nemen het op
B
vervluchtiging en denitrificatie
C
omzetting in nitriet en nitraat

Slide 7 - Quiz

Gebruik BINAStabel stikstofkringloop (93H?)
A
De bacteriën zetten anorganische stikstofverbindingen om in andere anorganische stikstofverbindingen
B
De bacteriën zetten anorganische stikstofverbindingen om in organische stikstofverbindingen
C
De bacteriën zetten organische stikstofverbindingen om in anorganische stikstofverbindingen
D
De bacteriën zetten organische stikstofverbindingen om in andere organische stikstofverbindingen

Slide 8 - Quiz


Welke kringloop is hiernaast weergegeven?
A
Voedselkringloop
B
Koolstofkringloop
C
Stikstofkringloop
D
Fotosynthese/verbranding kringloop

Slide 9 - Quiz

Om de oorzaak van de verrijking op de eilanden met graslandbegroeiing te achterhalen, is het gehalte aan de stikstofisotoop 15N op verschillende plaatsen gemeten. In lucht is de ratio 15N/14N zeer klein (0,0037). Organismen die hun stikstofverbindingen rechtstreeks opbouwen uit stikstof uit de lucht hebben ook een zeer laag 15N-gehalte in hun weefsels. In de voedselketen stijgt de ratio 15N/14N vervolgens bij elk volgend trofisch niveau. Processen die deel uitmaken van de stikstofkringloop, zijn:
1 denitrificatie, 2 nitrificatie, 3 rotting, 4 biologische stikstoffixatie, 5 fotochemische stikstoffixatie
Door welk of door welke van deze processen komt 15N uit de lucht in de voedselketen terecht?
A
Alleen 1 en 3
B
Alleen 2 en 4
C
Alleen 3 en 5
D
Alleen 4 en 5

Slide 10 - Quiz

Welke kringloop/kringlopen zijn bij eutrofiëring verstoord?
A
Koolstofkringloop
B
Stikstofkringloop
C
Koolstofkringloop en stikstofkringloop

Slide 11 - Quiz

8.4 en 8.5 Leerdoelen
Je leert in 8.4 en 8.5: 
  • Hoe een populatiegrootte kan veranderen 
  • Hoe je een populatiegrootte kan meten en berekenen
  • Hoe successie plaatsvindt van een kale bodem tot een bos
  • Hoe overbevissing, opwarming, accumulatie van persistente stoffe en eutrofiering de natuur uit balans brengt
  • Dat bij duurzame ontwikkelingen kringlopen gesloten zijn

Slide 12 - Slide

Populatiegrootte

Slide 13 - Slide

Veranderingen in populatiegrootte

Slide 14 - Slide

Populatiegrootte
Roofdieren
Voedsel
Competitie

Slide 15 - Slide

Bepalen populatiegrootte
De grootte van een populatie wordt weergegeven als populatiedichtheid.
Dit is het gemiddelde aantal individuen per oppervlakte-eenheid of volume-eenheid.
Manieren om de populatiegrootte te bepalen:
  • kwadrantmethode
  • merken en terugvangen

Slide 16 - Slide

populatiegroote berekening.
vangen-merken-terugvangen
bij vangst 1: tellen en merken we alle dieren (V1*)en zeten we ze terug. De dieren zullen zich weer verspreiden tussen anderen.
bij vangst 2: tellen we totale gevangen  dieren( ook de gemerkte dieren zitten hierbij (V2) 
totale gemerkte dieren bij vangst 2 (V2*). Bereken:
Populatiegrootte is V1* x V2 : V2* of maak een tabel. 

Slide 17 - Slide

Successie
Verandering van de soortensamenstelling van een levensgemeenschap
Successie
Verandering van de soortensamenstelling van een levensgemeenschap

Slide 18 - Slide

Van kale bodem naar bos
Begin: Pioniersstadium met de eerst planten.
Verandering van soortensamenstelling in de tijd: successie
Na verloop van tijd ook dieren: door begrazing en bemesting
Andere plantensoorten krijgen een kans
Na lange tijd: onveranderlijke climaxstadium

Secundaire successie - successie na een verstoring

Slide 19 - Slide

Successie

Slide 20 - Slide

Successie 

Slide 21 - Slide

Pioniersecosysteem
Beginstadium successie
Weinig biodiversiteit
Eenvoudig voedselweb
Climaxecosysteem
Eindstadium successie
Veel biodiversiteit
ingewikkeld voedselweb

Slide 22 - Slide

Als het aantal roofdieren afneemt, zal de populatiegrootte van de prooidieren..... en de planten die zij eten .....
A
Afnemen afnemen
B
Toenemen afnemen
C
Afnemen toenemen
D
Toenemen toenemen

Slide 23 - Quiz

Om het aantal dassen in een bepaald gebied te bepalen, merken biologen 15 dassen en laten ze weer los. Na korte tijd vangen ze 20 dassen, waarvan er 5 gemerkt zijn.
Bereken de populatiegrootte.
A
35
B
60
C
150
D
300

Slide 24 - Quiz

1. In een ecosysteem wordt de populatie nooit groter
2. De populatiegrootte schommelt meestal rond het biologisch evenwicht
A
1= niet waar 2=niet waar
B
1 = waar 2=waar
C
1=niet waar 2=waar
D
1=waar 2=niet waar

Slide 25 - Quiz

Stelling: Wanneer de populatiegrootte toeneemt, neemt automatisch ook de populatiedichtheid toe.
A
Altijd waar, omdat er nu meer dieren zijn
B
Altijd waar, omdat er nu meer dieren per m2 zijn
C
Niet altijd waar, de dieren kunnen zich ook meer verspreiden
D
Niet waar, de dichtheid heeft niets te maken met de grootte

Slide 26 - Quiz


Welk van de afbeeldingen geeft successie juist weer?

(rood = pioniersoort; blauw = climaxsoort)

x-as tijd; y as: populatiegrootte


A
Linksboven
B
Rechtsboven
C
Linksonder
D
Rechtsonder

Slide 27 - Quiz

Wat ga je nu doen? 
- De weektaak van vorige week is af : 8.2 en 8.3  
   (definitief afgetekend)
 - Je bestudeert 8.4 en 8.5 door een samenvatting te maken met
   alle begrippen (boek en schrift/word nodig).
- Of je maakt 8.4 en 8.5 online via Magister leermiddelen Nectar
- Of je krijgt extra uitleg over 8.4 en 8.5 over duurzaamheid  
              


Slide 28 - Slide