This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
ZWAKKE
werkwoorden
de klank blijft in de verleden tijd hetzelfde
REGELS verleden tijd bij zwakke werkwoorden
stam + te(n) / stam + de(n)
ik pas - ik paste - wij pasten
ik slaag - ik slaagde - wij slaagden
STERKE
hebben de KRACHT om in de verleden tijd van klank te veranderen
het zijn leerwoorden, die moet je dus leren