Retailmanagement

Wat is het doel van een SWOT-analyse?
A
Het is onderdeel van je marketingmix.
B
Het geeft inzicht in de markt en helpt om je marketingstrategie te bepalen.
C
Het is onderdeel van je marketingstrategie.
D
Het laat de kansen en bedreigingen van je onderneming zien.
1 / 24
next
Slide 1: Quiz
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Wat is het doel van een SWOT-analyse?
A
Het is onderdeel van je marketingmix.
B
Het geeft inzicht in de markt en helpt om je marketingstrategie te bepalen.
C
Het is onderdeel van je marketingstrategie.
D
Het laat de kansen en bedreigingen van je onderneming zien.

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het doel van een SWOT-analyse?
A
Het is onderdeel van je marketingmix.
B
Het geeft inzicht in de markt en helpt om je marketingstrategie te bepalen.
C
Het is onderdeel van je marketingstrategie.
D
Het laat de kansen en bedreigingen van je onderneming zien.

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Een SWOT-analyse heeft
betrekking op
A
Interne factoren
B
Externe factoren
C
In- en externe factoren
D
Ik heb geen idee

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Waar staan de letters SWOT voor
A
Sterkte - Zwakte- Winst - Groei
B
Sterkte - Zwakte- Kansen - Gokken
C
Sterkte - Zwakte- Kansen - Bedreigingen
D
Sterkte - Gokken- Kansen - Groei

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Sterk
Zwak
Kansen
Bedreigingen
Sleep onderstaande woorden naar het juiste doel in de SWOT-analyse:
l
Slechte wifi

Gemotiveerd personeel

Vergrijzing

digitalisering

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Wat zijn de O en T in een SWOT analyse?
A
Dingen waar jou bedrijf goed en slecht in is
B
"binnen" of terwijl binnen het bedrijf.
C
"buiten" of terwijl: ontwikkelingen in de markt
D
Out of Time

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

SWOT-analyse
de W staat voor...
A
weather
B
why
C
weaknesses
D
world of warcraft

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Een groothandel in frisdranken heeft een SWOT-analyse uitgevoerd. Welke ontwikkeling/factor hoort bij welke typering?
Groeiende vraag naar frisdrank
Grootste marktaandeel
Stijgende grondstofprijzen
Weinig gebruik sociale media
Bedreiging
Kans
Sterkte
Zwakte

Slide 8 - Drag question

Toets term 1.6
Een SWOT-analyse heeft betrekking op ?
A
operationeel management
B
tactisch management
C
strategisch management
D
structurerend management

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Een marketingplan stel je in bepaalde stappen op. Hieronder zie je deze vier stappen. Zet deze stappen in de goede volgorde. 
Sleep de stappen in de juiste volgorde. 

Marketingdoelen opstellen
Marketingmix bepalen
Omgevingsonderzoek doen
SWOT-analyse

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

De bevindingen van de interne en externe analyse, uitmondend in de kritische sterke en zwakke punten [.............................................] en kansen en
bedreigingen [..................................................] (Kotler, 2013)
Sleep de onderstaande zinsnedes naar de juiste positie in de definitie van de SWOT analyse:
Definitie SWOT-analyse:
van de organisatie
uit de omgeving

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Evaluatie
Implementatie
Strategie bepalen
SWOT-analyse
Interne en externe analyse
Doelstelling beschrijven
Missie en Visie
1
2
3
4
5
6
7

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

DESTEP Analyse heeft betrekking op:
A
Externe bedrijfsfactoren
B
SWOT Analyse
C
Interne bedrijfsfactoren
D
Structurerend management

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Omzet snelheid zegt iets over:
A
De duur tussen de omzet
B
SWOT Analyse
C
Hoe vaak de gemiddelde voorraad wordt verkocht
D
Structurerend management

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Omzet duur zegt iets over:
A
Het aantal dagen dat zit tussen de verkoop van je gemiddelde voorraad
B
SWOT Analyse
C
Hoe vaak de gemiddelde voorraad wordt verkocht
D
Structurerend management

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Omzet snelheid berekenen we als volgt:
A
Het aantal dagen dat zit tussen de verkoop van je gemiddelde voorraad
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Hoe vaak de gemiddelde voorraad wordt verkocht
D
(1/2 Begin + tussenliggende vr. +1/2 Eind) DELEN door Tussenliggende Vr +1

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het bestelpunt van een product?
A
Het aantal dagen dat zit tussen de verkoop van je gemiddelde voorraad
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Het punt waarna de retailer "Nee" verkoop riskeert
D
(1/2 Begin + tussenliggende vr. +1/2 Eind) DELEN door Tussenliggende Vr +1

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hoe bereken je het bestelpunt van een product?
A
A X L + VV
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Het punt waarna de retailer "Nee" verkoop riskeert
D
(1/2 Begin + tussenliggende vr. +1/2 Eind) DELEN door Tussenliggende Vr +1

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

"Mensen zijn alleen te Motiveren met Geld!" dit pas bij:
A
X-theorie van Mc Gregor
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Y-theorie van Mc Gregor
D
(1/2 Begin + tussenliggende vr. +1/2 Eind) DELEN door Tussenliggende Vr +1

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

"Mensen zijn alleen te Motiveren met Geld!" dit pas bij:
A
X-theorie van Mc Gregor
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Y-theorie van Mc Gregor
D
(1/2 Begin + tussenliggende vr. +1/2 Eind) DELEN door Tussenliggende Vr +1

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is "Technische Voorraad"?
A
Voorraad die aanwezig is in de winkel
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
Y-theorie van Mc Gregor
D
Voorraad die aanwezig is in de het Magazijn

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Technische Voorraad is:
A
Voorraad die aanwezig is in de Winkel
B
(1/2 Begin + 1/2 Eind voorraad) DELEN door 2
C
A+D is juist
D
Voorraad die aanwezig is in de het Magazijn

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Economische voorraad kan:
A
Negatief zijn
B
A+C zijn juist
C
Levert prijsrisico
D
Voorraad die aanwezig is in de het Magazijn

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Economische voorraad bereken je door:
A
Technische voorraad+ pijplijnvoorraad-Voorbestellingen
B
A+C zijn juist
C
Levert prijsrisico
D
Voorraad die aanwezig is in de het Magazijn

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions