Klachtenmail

Schrijven
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Schrijven

Slide 1 - Slide

 Klachtenmail
Er wordt een situatie beschreven. Lees dit goed en gebruik alle informatie in je e-mail.

Geef de e-mail een onderwerp en vul ook de naam van de ontvanger in.


Slide 2 - Slide

Opbouw van een e-mail
Geachte heer/mevrouw,


1e alinea:
Beschrijf kort de situatie, wat is de aanleiding of reden voor de mail.

Volgende alinea's:
Licht de situatie verder toe. Per klacht een alinea en benoem nadelige gevolgen.

Laatste alinea:
Geef aan wat je van de lezer verwacht.

Sluit af met een passende slotzin.

Met vriendelijke groet,



Opbouw van een e-mail

Slide 3 - Slide

Hoe ziet de indeling van een e-mail er uit?
A
Van: Aan: Datum: Onderwerp:
B
Van: Aan: Onderwerp: Bijlagen:
C
Aan: Van: Plaats: Bijlagen:
D
Van: Aan: Datum: Plaats:

Slide 4 - Quiz

Wat is formeel taalgebruik?
A
Hoi Carla,
B
Geachte meneer/mevrouw,
C
Veel liefs,
D
Beste Piet,

Slide 5 - Quiz

Wat is informeel taalgebruik?
A
Beste Sjaak,
B
Groetjes,
C
Met vriendelijke groet,
D
Geachte heer,

Slide 6 - Quiz

Hoe sluit je een e-mail af met formeel taalgebruik?

Slide 7 - Open question

Wat is een goede aanhef voor een zakelijke e-mail?

Slide 8 - Open question

Wat zet je in het slot van een e-mail?
A
Je mening
B
Een conclusie
C
Wat er van de lezer verwacht wordt
D
Een samenvatting

Slide 9 - Quiz

Geachte meneer/mevrouw,
A
Juiste aanhef voor een zakelijke mail
B
Onjuiste aanhef voor een zakelijke mail

Slide 10 - Quiz

Met Vriendelijke Groet,
A
Juiste afsluiting van een zakelijke mail
B
Onjuiste afsluiting van een zakelijk mail

Slide 11 - Quiz

Wat is de beste slotzin bij een overtuigende e-mail
A
In afwachting van uw reactie.
B
Ik verneem graag spoedig van u.
C
Dit was mijn mail.
D
Ik wil dat u snel reageert op mijn mail.

Slide 12 - Quiz

Lees de situatie en de opdracht. Schrijf daarna de tekst.
Situatie:
Je hebt samen met je vrienden een busreis naar Antwerpen geboekt. De busreis viel echter erg tegen. Jij schrijft namens je vriendengroep een klachtenmail aan de busorganisatie.
Opdracht:
Schrijf de klachtenmail. Noem twee zaken waarover jullie niet tevreden waren tijdens de busreis en licht deze klachten toe. Je moet de klachten zelf bedenken. Geef aan wat de nadelige gevolgen waren van de situatie. Geef ook aan wat je van de reisorganisatie verwacht. Ook dit moet je zelf bedenken.
Let op:
Gebruik minimaal 150 en maximaal 250 woorden.
Geef de e-mail een onderwerp. Vul het onderwerp in de onderwerpsregel in.

Opdracht 1: klachtenmail
Je levert de opdracht in via TEAMS

De opdracht is:
Schrijf een mail aan Zalando van minimaal 150 en maximaal 200 woorden (aanhef en slotgroet niet meegerekend). 

Je hebt twee weken geleden een trainingspak van Nike besteld.
Inmiddels is dat binnen, maar veel later dan beloofd. Daarnaast was de kleur heel anders dan je had gezien op de website. Je wilt deze trainingspak niet. Zalando geeft geen geld terug, maar een tegoedbon.
Jij vindt dat je recht hebt op je geld, omdat Zalando zich niet aan de afspraken heeft gehouden.
Het mailadres is info@zalando.nl  


timer
20:00

Slide 13 - Slide

Wat is een deelonderwerp?
A
Een onderwerp van een tekst
B
De titel
C
Een onderwerp van een alinea
D
De schrijver van een tekst

Slide 14 - Quiz

Lees de situatie en de opdracht. Schrijf daarna de tekst.
Situatie:
Je hebt samen met je vrienden een busreis naar Antwerpen geboekt. De busreis viel echter erg tegen. Jij schrijft namens je vriendengroep een klachtenmail aan de busorganisatie.
Opdracht:
Schrijf de klachtenmail. Noem twee zaken waarover jullie niet tevreden waren tijdens de busreis en licht deze klachten toe. Je moet de klachten zelf bedenken. Geef aan wat de nadelige gevolgen waren van de situatie. Geef ook aan wat je van de reisorganisatie verwacht. Ook dit moet je zelf bedenken.
Let op:
Gebruik minimaal 150 en maximaal 250 woorden.
Geef de e-mail een onderwerp. Vul het onderwerp in de onderwerpsregel in.

Opdracht 2: artikel

Voor de schoolkrant ga je een artikel schrijven over twee stagebedrijven waar jij stage hebt gelopen.

In je artikel vertel je over de bedrijven en over de begeleiding tijdens je stage. Ga hierbij in op de verschillen tussen de bedrijven. Geef ook tips aan andere studenten die hier stage willen gaan lopen.

Gebruik minimaal 200 en maximaal 300 woorden.
Geef het artikel een titel.





timer
25:00

Slide 15 - Slide