This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Lesprogramma
Klein onderzoekje
Terugblik
Paragraaf 3.3
Slide 1 - Slide
Leerdoelen 3.3
R = Je kent het verschil tussen urbanisatiegraad en urbanisatietempo.
T1 = Je kan de relatie tussen het economische ontwikkelingspeil en de verstedelijkingsgraad en het verstedelijkingstempo in de drie voorbeeldlanden beschrijven.
T2 = Je kan uitleggen of de kloof tussen centrum en periferie in de voorbeeldlanden kleiner is geworden, groter is geworden of gelijk is gebleven.
I = Je kunt uitleggen hoe demografische kenmerken en verstedelijking samenhangen met het ontwikkelingspeil van een land.
Ook een doel van vandaag is opfrissen van 3.1 en 3.2
Slide 2 - Slide
Terugblik3.1 Welvaart en Werk
We onderzoeken de betekenis van globalisering voor: - Duitsland (Kernland)
- Tsjechië (Transitieland, semi-perifeer land)
- Egypte (perifeer land)
Slide 3 - Slide
Terugblik 3.1 Welvaart en Werk
Om de economische ontwikkeling van regio's te vergelijken:
Wat maakt het nu uit in welke sector iemand werkt? Je kan de welvaart binnen een land meten door te kijken in welke sectoren mensen werken. Leg dit uit...
Slide 6 - Open question
Terugblik3.1 Welvaart en Werk
Egypte en globalisering
Landbouw arbeidsintensief en niet productief: platteland laag inkomen.
Groeiende diensentsector (Toerisme)
SEZ: economische groei door buitenlandse investeringen.
Slide 7 - Slide
Terugblik3.1 Welvaart en Werk
Tsjechië en globalisering
Sterke industrie en exportpositie (centrale ligging)
na socialisme nu privatisering (veel buitenlandse investeringen)
centrum - periferie in Tsjechië: veel aandacht voor hoofdstad, weinig voor de rest. (regionale ongelijkhheid)
Slide 8 - Slide
Terugblik3.1 Welvaart en Werk
Duitsland en globalisering
Sterke positie in wereldhandel, veel secundarie sector.
Regionale ongelijkheid: verschuiving binnen in het land
Ruhrgebied blijft achter: vertrekoverschot en backwasheffecten.
Slide 9 - Slide
Wat is het verschil tussen backwasheffecten en spreadeffecten?
Slide 10 - Open question
Terugblik 3.2 Welvaart en Demografie
Hoe rijker een land wordt, hoe hoger de fase is waar ze in zullen zitten.
Demografisch transitiemodel
Slide 11 - Slide
Wat is het verschil tussen een geboorteoverschot en een sterfteoverschot?
Slide 12 - Open question
5 minuten pauze
Slide 13 - Slide
Hoe zit het in Duitsland, Tsjechië en Egypte?
Noteer:
een overeenkomst tussen de landen op het gebied van bevolkingsspreiding, vruchtbaarheid en binnenlandse migratie.
een aspect waarin de landen verschillen op het gebied van stedelijke spreiding en vergrijzing en vruchtbaarheid
Slide 14 - Slide
De hoofdsteden van Duitsland, Tjechië en Egypte zijn...
Slide 15 - Mind map
We gaan op reis! Welke bezienswaardigheid zou jij willen zien in Praag?
Slide 16 - Open question
We gaan op reis! Welke bezienswaardigheid zou jij willen zien in Cairo?
Slide 17 - Open question
We gaan op reis! Welke bezienswaardigheid zou jij willen zien in Berlijn?
Slide 18 - Open question
Leerdoelen 3.3
R = Je kent het verschil tussen urbanisatiegraad en urbanisatietempo.
T1 = Je kan de relatie tussen het economische ontwikkelingspeil en de verstedelijkingsgraad en het verstedelijkingstempo in de drie voorbeeldlanden beschrijven.
T2 = Je kan uitleggen of de kloof tussen centrum en periferie in de voorbeeldlanden kleiner is geworden, groter is geworden of gelijk is gebleven.
I = Je kunt uitleggen hoe demografische kenmerken en verstedelijking samenhangen met het ontwikkelingspeil van een land.
Ook een doel van vandaag is opfrissen van 3.1 en 3.2
Slide 19 - Slide
Wat is het verschil tussen urbanisatiegraad en urbanisatietempo?