Les 4 /

1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag:

  • herhalen verwijswoorden;
  • herhalen signaalwoorden.

Wat weet je nog?

Slide 2 - Slide

Oefenvragen verwijswoorden .... klaar?

Slide 3 - Slide

Verwijzen naar 'dieren of dingen' mag ook met 'zij'.

Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

De studenten waren te laat. Zij moesten allemaal nablijven.

Wat is het verwijswoord?
A
De studenten
B
Zij

Slide 5 - Quiz

De monteur komt morgen terug. Hij moet eerst een onderdeel bestellen.

Wat is het verwijswoord?
A
De monteur
B
Hij

Slide 6 - Quiz

De toeristen waren verdwaald. Pas toen ze iemand tegenkwamen die Engels sprak, wisten ze de weg terug te vinden.

Waar verwijst 'ze' naar?
A
Toeristen
B
Iemand

Slide 7 - Quiz

De docent wist helemaal niets te vertellen over de lesstof. Hij had de les niet goed voorbereid.

Wat is in deze zin het verwijswoord?
A
Docent
B
Lesstof
C
Hij
D
Les

Slide 8 - Quiz

De leraren gaan morgen staken. Volgens ... krijgen ze te weinig salaris.
A
Hen
B
Hun

Slide 9 - Quiz

Dat tijdschrift is van hen. Het is ... tijdschrift.
A
Hun
B
Zijn
C
Hen
D
Haar

Slide 10 - Quiz

De docent legt ... toetsen klaar voor de leerlingen.
A
Deze
B
Dit

Slide 11 - Quiz

Het meisje ... daar loopt, is een bekende vlogger.
A
Die
B
Dat

Slide 12 - Quiz

Mijn autosleutel ligt op tafel. Wil je ... even aangeven?
A
Deze
B
Die

Slide 13 - Quiz

De meneer ... daar loopt, is de vriend van Jan.
A
Dat
B
Die

Slide 14 - Quiz

De vrouw, ... veel wordt geroddeld, is al dagen niet meer gezien.
A
Over wie
B
Waarover

Slide 15 - Quiz

De school, ... veel goede recensies zijn geschreven, ontvangt meer inschrijvingen van studenten.
A
Over wie
B
Waarover

Slide 16 - Quiz

De jongen ... hij samenwerkt bij DHL, is verliefd op hem.
A
Waarmee
B
Met wie

Slide 17 - Quiz

De auto ... wij zitten, is veel te klein voor vijf man.
A
In wie
B
Waarin

Slide 18 - Quiz

De medewerker, ... veel wordt geklaagd door klanten, is altijd chagrijnig.
A
Waarover
B
Over wie

Slide 19 - Quiz