4VWO_Chapitre2_A Le patrimoine français

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Chapitre 2

Typiquement français

Programme

A. Faisons la fête

- Parler: ta fête préférée

- Lire: le 14 juillet

L'objectif:

- Tu pourras parler d'une fête

- Tu vas lire une texte sur le 14 juillet et le rôle des femmes

Contrôle des devoirs

A. Ecouter > En ligne

Lire A (p. 50-52)

Faire: ex. 5 + 7 + 8a

Programme

Uitwisseling

Bespreken Texte A

Grammaire A: l'adverbe

Signaalwoorden

Signaalwoorden zijn belangrijk bij het begrijpen van een tekst. Wat betekenen de volgende signaalwoorden:

Tandis que

Enfin

J'ai lu et compris texte A!

oui

un peu

non

Waarom zijn de Parijzenaren boos?

C'est un jour comme les autres (alinea 2): wat deden de koningin en koning?

Il promet d'approvisionner Paris en farine. Wat belooft de koning?

Peureuses, les femmes? Pas du tout!
Waarom niet?

Le calme semble revenu. Is de kalmte echt wedergekeerd?

Corriger les exercices 5 - 8

https://hetnieuwelyceum-my.sharepoint.com/:w:/g/personal/hou_hetnieuwelyceum_nl/EWS5h96FZatOtIwNA53b5NkBXCd8TqX4qqxvlSz4oRIm_A?e=jKTNwV

Prends

des notes!

Grammaire A: l'adverbe

Een bijwoord zegt iets over de manier waarop iets gebeurt of gedaan wordt.

De vorm (1)

Een bijwoord maak je meestal door -ment achter  het bijvoeglijk naamwoord te zetten. Eindigt het bijv. nw. niet op een klinker dan moet je het eerst vrouwelijk maken.

exemple:

heureux > heureusement

facile > facilement

certain > certainement

De vorm (2)

Eindigt een bijvoeglijk naamwoord op -ent of -ant dan wordt het bijwoord -emment of -amment

Exemple:

récent > récemment

constant > constamment

Onregelmatige vormen

De volgende bijv. nw. hebben een onregelmatige vorm:

bon > bien = goed, lekker

meilleur > mieux = beter

mauvais > mal = slecht

gentil > gentiment = aardig, vriendelijk

long > longtemps = lang

rapide > rapidement / vite = snel

Onregelmatige vormen

Deze vormen komen niet van een bijv. nw.

beaucoup = veel

très = erg

souvent = vaak

parfois = soms

trop = te veel

Au travail!

Fais: Exercice 9

Après:

https://hetnieuwelyceum-my.sharepoint.com/:w:/g/personal/hou_hetnieuwelyceum_nl/Ee4PxJT5FsNKn_eTsqZ7mwgBsVHkUqhifAl8I8iOAftuAg?e=RjeBr3

Programme

23 novembre

Grammaire A: l'adverbe

Ecrire

Prends

des notes!

Grammaire A: l'adverbe

Een bijwoord zegt iets over de manier waarop iets gebeurt of gedaan wordt.

De vorm (1)

Een bijwoord maak je meestal door -ment achter  het bijvoeglijk naamwoord te zetten. Eindigt het bijv. nw. niet op een klinker dan moet je het eerst vrouwelijk maken.

exemple:

heureux > heureusement

facile > facilement

certain > certainement

De vorm (2)

Eindigt een bijvoeglijk naamwoord op -ent of -ant dan wordt het bijwoord -emment of -amment

Exemple:

récent > récemment

constant > constamment

Onregelmatige vormen

De volgende bijv. nw. hebben een onregelmatige vorm:

bon > bien = goed, lekker

meilleur > mieux = beter

mauvais > mal = slecht

gentil > gentiment = aardig, vriendelijk

long > longtemps = lang

rapide > rapidement / vite = snel

Onregelmatige vormen

Deze vormen komen niet van een bijv. nw.

beaucoup = veel

très = erg

souvent = vaak

parfois = soms

trop = te veel

Au travail!

Fais: Exercice 9

Après:

https://hetnieuwelyceum-my.sharepoint.com/:w:/g/personal/hou_hetnieuwelyceum_nl/Ee4PxJT5FsNKn_eTsqZ7mwgBsVHkUqhifAl8I8iOAftuAg?e=RjeBr3

Exercice 15

Je hebt een e-mail va Naema ontvangen en je schrijft haar een antwoord van ongeveer 80 woorden waarin je al haar vragen beantwoordt.

- Gebruik signaalwoorden

- en groupe de 2 ou 3.

- Sans ordinateur, mais avec dictionnaire.

Transforme l'adjectif en adverbe
facile

absolu

malheureux

premier

bon

long

Je comprends bien la Grammaire A

😒🙁😐🙂😃

J'ai fait les devoirs (ex. 9 + 10ab)

Oui

Non

Corrigez les devoirs

https://hetnieuwelyceum-my.sharepoint.com/:w:/g/personal/hou_hetnieuwelyceum_nl/EYzOVWASdBdPjP_qTGg8_KYBmBU6b9J10g9ILNrkk1jqpg?e=VddFig