Ondersteuningsles grammatica
Noem 3 manieren waarop je de PV kunt zoeken.
1 / 20
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Noem 3 manieren waarop je de PV kunt zoeken.
Slide 1 - Open question
De lieve jongen is meteen naar huis gegaan.
PV=
PV=
A
De lieve jongen
B
is
C
gegaan
D
meteen
Slide 2 - Quiz
Welke vraag stel je om het onderwerp in een zin te vinden?
Slide 3 - Open question
De mooie foto van de lieve hond hangt aan de witte muur bij mij thuis.
A
de foto
B
de mooie foto
C
de mooie foto van de lieve hond
D
de lieve hond
Slide 4 - Quiz
Welke vraag stel je om het lijdend voorwerp in een zin te vinden?
Slide 5 - Open question
Mijn vriend en ik hebben een prachtig cadeau voor onze lieve oma gekocht.
Lijdend voorwerp?
Lijdend voorwerp?
A
mijn vriend en ik
B
een prachtig cadeau
C
onze lieve oma
Slide 6 - Quiz
Jacky strooit elke dag hooi in de stal van haar paard.
PV?
PV?
A
Jacky
B
strooit
C
hooi
D
haar paard
Slide 7 - Quiz
Jacky strooit elke dag hooi in de stal van haar paard.
OW?
OW?
A
Jacky
B
strooit
C
hooi
D
haar paard
Slide 8 - Quiz
Jacky strooit elke dag hooi in de stal van haar paard.
LV?
LV?
A
Jacky
B
de stal
C
hooi
D
haar paard
Slide 9 - Quiz
De gewonde vrouw is met de ambulance naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis gebracht.
WG?
WG?
A
is
B
is gebracht
C
gewonde is gebracht
D
is dichtstbijzijnde gebracht
Slide 10 - Quiz
De bloeddonor zal regelmatig bloed afstaan.
PV?
PV?
A
zal
B
afstaan
C
bloeddonor
D
bloed
Slide 11 - Quiz
De bloeddonor zal regelmatig bloed afstaan.
WG?
WG?
A
zal
B
zal afstaan
C
bloeddonor
D
bloed
Slide 12 - Quiz
De bloeddonor zal regelmatig bloed afstaan.
OW?
OW?
A
zal
B
zal afstaan
C
de bloeddonor
D
bloed
Slide 13 - Quiz
De bloeddonor zal regelmatig bloed afstaan.
LV?
LV?
A
zal
B
zal afstaan
C
de bloeddonor
D
bloed
Slide 14 - Quiz
Die leerling is de laatste tijd vaak ziek geweest.
naamwoordelijk deel?
naamwoordelijk deel?
A
Die leerling
B
de laatste tijd
C
ziek
D
geweest
Slide 15 - Quiz
Mijn broer wil later graag profvoetballer worden?
profvoetballer
profvoetballer
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
naamwoordelijk deel
D
gezegde
Slide 16 - Quiz
De muzikant zou zijn piano nog geen dag kunnen missen.
zijn piano?
zijn piano?
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
naamwoordelijk deel
D
gezegde
Slide 17 - Quiz
Maak zelf een zin die bestaat uit:
OW - PV - LV -WG
OW - PV - LV -WG
Slide 18 - Open question
Maak zelf een zin die bestaat uit:
PV - OW - ander zinsdeel - LV - WG ?
PV - OW - ander zinsdeel - LV - WG ?
Slide 19 - Open question
Maak zelf een zin die bestaat uit:
OW-PV-NWD-WG.
OW-PV-NWD-WG.
